TB: Meer zicht en grip op grond afgegraven voor maken natuur
Meer zicht en grip op wat er gaat gebeuren met afgegraven grond. Duidelijk moet zijn hoeveel grond er is en wordt afgegraven en waar de grond naartoe gaat. Voor alle afgegraven grond moet een bestemming worden gezocht op Texel.
Dat is de strekking van de motie "Grip op grond" van Texels Belang voor de raadsvergadering van 20 december. Aanleiding zijn de enorme grondverplaatsingen waarmee diverse grote natuurprojecten (Waalenburg, de Bol, Hanenplas, Dorpszicht etc.) gepaard gaan en waarbij grote hoeveelheden grond afgegraven worden.
TB: "Om een idee te krijgen: alleen al de afgegraven grond van Waalenburg is genoeg om een oppervlakte van 28 ha 1 meter op te hogen. Voor deze 280.000 m3 grond zijn 14.000 vrachtwagens nodig. Deze grond moet ergens blijven." Bekend is inmiddels dat een gedeelte van de afgegraven grond wordt gebruikt voor de dijkverzwaring, maar hoeveel precies is onduidelijk.
Grondafgravingen van deze omvang en het transport brengen risico's met zich mee: "Het natuurlijk reliëf in het landschap kan op plaatsen verloren gaan, ophogen van lager gelegen percelen is een bedreiging voor de weidevogels, grondtransport over het eiland is een belasting voor de wegen en verkeersveiligheid bij de combinatie van fietsers en grondtransport. Voor het ophogen van percelen moet een omgevingsvergunning aangevraagd worden, waarbij geldt dat er aandacht is voor veiligheid, natuur en landschap", citeert TB uit het bestemmingsplan Buitengebied.
"We denken dat we als gemeente te weinig zicht hebben op grondstromen en vinden dat dat veranderen moet, kijkend ook naar de schaal waarop afgravingen nu plaatsvinden. We willen niet dat overal gronddepots komen en voortdurend grondtransporten rondrijden. We moeten inzetten op slimme inzet van afgegraven grond. (...) In het belang van veiligheid, behoud van het landschap en de agrarische natuur moet er meer zicht en grip zijn op wat er gaat gebeuren met afgegraven grond."