Afbeelding van het Raaksje dat tot halverwege de jaren zestig aan de Groeneplaats was.
Afbeelding van het Raaksje dat tot halverwege de jaren zestig aan de Groeneplaats was. Foto: Archief Historische Vereniging

Raaksje: negen panden die gezicht van het centrum bepaalden

Met de archeologische opgravingen aan de Groeneplaats in Den Burg worden de herinneringen aan het Raaksje weer even tastbaar.

Het Raaksje was de benaming van negen panden die tot in de jaren zestig op de Groeneplaats stonden en gesloopt werden voor de bouw van het toenmalige raadhuis. De negen panden liepen grofweg van de hoek Groeneplaats/Parkstraat (waar nu gegraven wordt) tot aan het Polderhuis. Panden die bij oudere Texelaars nog in het geheugen zitten en voor jongere Texelaars vrijwel onbekend zijn. De lijn met tegels die over de Groeneplaats loopt, laat zien tot waar de huisjes vroeger stonden.

Het buitenste pand van het Raaksje (het dichtst bij de Parkstraat) was de sigarenzaak van Wim Vlas. Daarnaast zat de kapperszaak van Jaap van den Aakster die vanaf 1921 veertig jaar lang aan de Groeneplaats woonde en werkte. Het pand naast Van den Aakster was aanvankelijk Café Den Burg en vanaf de jaren vijftig een textielwinkel van de Firma Zegel. Volgens Gelein Jansen was het café vroeger een plek waar veel openbare verkopingen plaatsvonden. Ter hoogte van het café en de kapper stond ook een waterpomp. Naast het café was een pand waar beheerders van het café woonden en eveneens vergaderingen werden gehouden. Het volgende huis was een dienstwoning van de gemeente voor politieagenten (veldwachter Van der Poll, Brouwer en Looyer). De laatste bewoner was gemeentebode Andries Poel. Daarna volgde een huis dat al in 1961 werd gesloopt en waar Antje en Trijntje Dijkse verbleven. Zij hielden zich volgens 'Terug op de plaats' van Theo Timmer en Jan Visser bezig met het strijken en stijven van boorden en overhemden. In dat boek is nauwkeurig beschreven hoe het Raaksje er vroeger uitzag.

Vervolgens was er opnieuw een kapperszaak, waar van 1904 tot 1965 kappers zaten. Dat waren Jan en Leendert de Man, Piet Uitgeest, kapper Appelboom en Piet Uitgeest, een neef van de eerdere Uitgeest. Het Raaksje werd afgesloten met een woonhuis en een winkeltje dat tijdens de beschieting van Den Burg op 6 april 1945 grotendeels werd vernield. Het huisje werd volgens Jansen voor de sloop nog door architect Wieger Bruin (ontwerper raadhuis) gebruikt. "Daar hingen tekeningen voor de ramen." Bouwkundig hadden de panden niet veel waarde, maar ze bepaalden het gezicht van het centrum. De Groeneplaats was ten tijde van het Raaksje (Oost-Nederlands voor Brink) nog een stuk kleiner en omsloten door bebouwing. De doorbraak naar de Elemert kwam pas in 1978.