Links Arnold Langeveld en Koen van der Meer namens de landbouw en rechts Adriaan Dijksen en Giel Witte van de Vogelwerkgroep.
Links Arnold Langeveld en Koen van der Meer namens de landbouw en rechts Adriaan Dijksen en Giel Witte van de Vogelwerkgroep. Foto:

Afname weidevogels complex

Weidevogels hebben het moeilijk. Als het op de oorzaak aankomt, wordt wel naar de landbouw gewezen. Maar de oorzaak is complex en de oplossing moeilijk, zo leert dit gesprek tussen vertegenwoordigers uit de landbouw en van de Vogelwerkgroep.

Adriaan Dijksen (Vogelwerkgroep): "Als Vogelwerkgroep schreven we een ingezonden brief naar aanleiding van de opmerking in het bericht van LTO dat de landbouw last heeft van de natuurgebieden. Maar andersom is het zo dat de natuur ook last heeft van de landbouw. Wij betreuren het dat veel landbouwers die brief persoonlijk hebben opgevat. Onze vrijwilligers kregen bij de weidevogelbescherming last bij boeren die het ons verweten. Maar wij vinden helemaal niet dat de Texelse boeren het verkeerd doen en willen hen niet beperken in hun ontwikkeling. Maar we willen wel meedenken."

Arnold Langeveld (Voorzitter LTO): "Jammer dat het zo gelopen is. In onze bedrijfsvoering staat voorop dat wij ons brood moeten verdienen. Landbouwgrond is in eerste instantie bestemd voor het bedrijven van landbouw. Maar we houden zoveel mogelijk rekening met de natuur. We hebben met de overheid afspraken gemaakt over natuurontwikkeling. Dat is prima. Maar daarna bleken ineens alle afspraken vergeten en er rond Natura 2000 schaduwranden te liggen, waarin onder meer beperkingen voor de jacht gelden. Daar hebben we bij de provincie onze zorg uitgesproken over een aantal zaken. Wij zeggen: de grens is de grens."

Adriaan: "In Natura 2000-gebieden zit een bufferzone. Maar de overheid laat het aan de provincies om dat uit te werken. De ene provincie gaat daar anders mee om dan de andere. Ik ben met je eens dat er chaos in de wetgeving zit."

Arnold: "Sinds dat gesprek met de provincie zijn we alleen maar verder van huis geraakt. Zeeburg (waar tientallen jaren rotganzen zijn opgevangen, maar dat ter compensatie van natuurontwikkeling aan de landbouw is teruggegeven) is verkocht. De nieuwe eigenaar zijn geen beperkingen opgelegd. Rotganzen richten nu weer schade aan. Zo worden natuur en landbouw tegenover elkaar gezet. Die ganzen kunnen het niet helpen, die moeten eten. Maar wij hebben er wel last van. We willen graag meewerken aan goede natuurontwikkeling, maar als er schade is, willen we ook schadeloosstelling. Maar daar gaat het dan weer mis."

Adriaan: "Het laat zien dat de provincies niet doortastend zijn in het nemen van maatregelen."

Arnold: "De wet maakt het soms moeilijk, zo moet mest worden ingewerkt, wat nadelig is voor de vogelstand. Het is landelijk, Europees beleid. Maar het ontbreekt aan maatwerk. Eigenlijk zou je een status aparte voor Texel willen. We lossen het wel met elkaar op."

Vogelwerkgroep: Geen schuldige, het zijn de omstandigheden. Wij willen meedenken

Adriaan: "Terug naar onze reactie. De natuur heeft veel ingeleverd door intensievere landbouw. Dat valt geen agrariër te verwijten, die moet werken zoals er tegenwoordig gewerkt wordt. "

Giel Witte (Vogelwerkgroep): "Maar er is best wat te verbeteren. Neem de weidevogels. Ze zitten in het voorjaar op kaal land, door drainage geen greppeltjes meer, geen enkele dekking. Weidevogels zitten nu meer op kaal akkerland, maar ze maken daar geen schijn van kans. Scholeksters leggen wel eieren, maar er komt geen jonkie groot. Het perceel is behoorlijk droog, ze kunnen geen voedsel uit de bovenlaag halen. Dus gaan ze op zoek naar voedsel en moeten bij het jong weg. Vogels die in De Westen broeden, voeden hun jongen met mossels die ze van de strandhoofden halen. Maar als ze weg zijn, kunnen ze hun jongen niet beschermen."

Adriaan: "Als ouders verder weg gaan, verzwakken hun jongen en zie je dat ouders er ook minder interesse in krijgen.

Giel: "Rond Den Hoorn telden we vorig jaar dertig paar grutto's. Het was een laat jaar, half juni hadden ze nog geen vliegvlugge jongen. Doordat ze te ver moesten voor eten, raakten hun pullen verzwakt. Toen werd het drie dagen koud en regenachtig weer. Alles verhongerd en dood, er is geen enkel jong groot geworden. Er zijn mogelijkheden om iets meer, beters te doen. Terug naar vroeger gaat niet, maar je kunt wel groene bloemrijke randen rond de akkerbouwpercelen aanleggen. Dat is prima voor de vogels."

Arnold: "In 1997 is de Vereniging voor Agrarisch Natuurbeheer De Lieuw opgericht. De meeste boeren zijn daar lid van. Er zijn nu vogelakkers, al zouden die wat meer verspreid over Texel kunnen zijn. En perceelsrandenbeheer. Dat werd vanuit de overheid gestimuleerd, maar die is daarmee gestopt. Ook zijn we meer ruige mest gaan gebruiken, in plaats van drijfmest als stuifdek. Ruige mest is voedselrijk voor vogels. Andere ontwikkeling is dat we minder ploegen en meer spitten. Daardoor blijft er meer organisch materiaal en bodemleven in de bovengrond. Meer bereikbaar voedsel dus voor de vogels. Boeren doen hun stinkende best om weidevogels te beschermen. Er zijn vorig jaar in het agrarische gebied 120 gruttoparen geteld, waarvan zestig procent met een goed broedresultaat."

Adriaan: "De hoofdoorzaak van de achteruitgang van weidevogels is verdroging, je moet nat gebied hebben. Plasdras. Dat gaat niet meer in de hedendaagse landbouw. Maar ook in natuurreservaten is het niet altijd optimaal. Voorheen werd in De Muy volop gebroed. Er was bloemrijk land en er zaten veel grutto's. Zóveel dat kraaien werden verjaagd. Die gingen er met een grote boog omheen."

Arnold: "Je hebt natuur en natuur. Welke doelen kies je? Utopia was een echt weidevogelgebied. Nu is het ingericht voor wadvogels. Natuurbeheerders hebben keuzes gemaakt tussen flora en fauna."

Adriaan: "Dat ben ik met je eens. Staatsbosbeheer doet veel aan florabeheer en heeft daar veel gebieden waar vroeger veel weidevogels zaten voor ingericht. En als je ziet wat ze tegenwoordig allemaal toestaan aan recreatie."

Arnold: "In Waalenburg is het de bedoeling om na de inrichting het waterpeil in een groot deel van dit gebied te verhogen.Daar zouden de omstandigheden voor weidevogels moeten verbeteren."

Koen van der Meer, die de landbouw adviseert over faunazaken: "Het is geen garantie. In het Pompevlak en het Groote Vlak is het nat genoeg. Maar ook daar is de weidevogelstand achteruit gegaan. Dus niet alleen in de landbouwgebieden."

Giel: "Het beheer speelt een grote rol. Neem Waalenburg. De hoek Staart-Polderweg is ingezaaid met gras. Geen intensief grasland, maar een schrale, open vegetatie. Daar broeden nu kieviten en als je ziet hoeveel veldleeuweriken, het geluid is niet van de lucht. Een nieuwe ontwikkeling. Om aan te geven: de natuur kan zich snel herstellen. Veldleeuweriken zijn dan wel een soort die qua vocht niet zo kritisch zijn."

Koen: "Al zou je heel Texel inrichten voor weidevogels, dan denk ik niet dat je de achteruitgang tot staan zou brengen. Het is een heel complexe problematiek. Voldoende voedsel, vocht, weersinvloeden, maar bijvoorbeeld ook verstoring. Want het wordt steeds drukker op het eiland. Predatie van weidevogelsnesten is het grootste probleem. De populatie van zwarte kraai, kauw, ratten en verwilderde huiskat is veel te hoog." (Koen toont landelijke cijfers, waaruit blijkt dat 60 tot 75 procent van de kuikens wordt gegrepen door roofdieren.)

Adriaan: Het begrip teveel, dus ook teveel roofvogels, bestaat niet in de natuur. Ik geloof niet dat door driekwart van de kraaien af te schieten, je meer overleving hebt. Hoe kan het bijvoorbeeld dat de krakeend in aantal toeneemt. Die wordt niet gepredeerd. Kraaien worden weer wel opgegeten, door de havik. Door de havik zijn er in het bos ook bijna geen eksters."

Koen (niet overtuigd): "Weidevogels leggen wel eieren maar de jongeren worden niet groot. En dat komt vooral door predatie."

Giel: "Toename van predatie heeft legio oorzaken. Zoals dekking van jonge weidevogels, die is weg. Door kaal land en doordat ouders verder weg moeten voor voedsel. Als je bloemrijk land of randen hebt, dan geeft dat voldoende dekking en daar zitten voldoende insecten waarmee jonge vogels zich kunnen voeden."

Adriaan: "Als Vogelwerkgroep staat in onze doelstelling dat we álle vogels beschermen, dus ook roofvogels."

Giel: "Wij kunnen dus niet achter een beheersplan voor roofvogels staan. Bij roofvogels loop je ook tegen wettelijke beperkingen aan."

Koen: "Er is voor Texel een predatieplan in de maak. Voor kraaien, kauwen en verwilderde katten. Want die lopen er ook in Waalenburg veel rond."

Adriaan: "Verwilderde katten horen niet thuis in de natuur. Maar daar loop je weer tegen de regelgeving en kattenliefhebbers aan. De provincie zegt: bewijs het eerst maar dat die katten verwilderd zijn. En een oproep aan mensen om hun poes te laten chippen, heeft weinig respons opgeleverd."

Arnold, tot besluit: "Wij hebben veel sympathie voor de Vogelwerkgroep en de terreinbeheerders. Het is belangrijk in gesprek te blijven."

Adriaan: "Er is geen schuldige, het zijn de omstandigheden. Wij hebben begrip voor de landbouwers. Jullie komen op voor je belangen, zoals wij opkomen voor die van de vogels. Hier en daar verschillen de opvattingen, maar belangrijk is dat we onze kennis delen."

Gerard Timmerman

Een tureluur.