Met de klok mee: Joyce Wassenborg, Mark van der Vliet, Kees van der Vis en Wout Legierse.
Met de klok mee: Joyce Wassenborg, Mark van der Vliet, Kees van der Vis en Wout Legierse. Foto:

Bewoners Bliedhuus tonen Texel hun huis

Dolgelukkig zijn ze, de bewoners van het Bliedhuus. Vrijdag was de officiële opening van het gezinsvervangende huis, zaterdag was heel Texel welkom een kijkje te komen nemen. De oproep bleek niet aan dovemansoren gericht. Na een uur hadden al meer dan tweehonderd man hun weg naar de Burdetstraat gevonden.

De bewoners hadden niets aan het toeval overgelaten. Er was muziek, er waren hapjes en gastheren en -dames namen uitgebreid de tijd om de bezoekers rond te leiden. De ene bewoner nog enthousiaster dan de ander. In totaal wonen er veertien bewoners in het Bliedhuus en die hebben de ruimte. Ondanks dat de woningen van dezelfde grootte zijn, is er niet één hetzelfde. Met de nodige aandacht wisten de bewoners hun eigen woning om te toveren tot prachtige eigen plekjes. In de gang naar de gezamenlijke ruimte hangt een grote foto van alle bewoners. De meningen van de bezoekers zijn eigenlijk allemaal hetzelfde. "Wat is het prachtig geworden, wat een ruimte en hoe mooi dat dit in deze tijd kan."

De bewoners

De belangstelling was als gezegd enorm. De bewoners hadden het dan ook erg druk met het rondleiden van de gasten. Een aantal vond toch een gaatje om ook even de krant te woord te staan.

Op de begane grond maken we kennis met Joyce Wassenborg. Enthousiast staat ze bij de deur. "Loop maar verder hoor. Kom maar kijken. Het is prachtig geworden." Ze straalt als ze de gasten rondleidt in haar appartement dat er uitziet alsof het door een binnenhuisarchitect ontworpen is. "Je kunt me inhuren hoor", lacht ze. Ondanks dat ze in het centrum van Den Burg woont, heeft ze uitzicht op zee. Een complete muur in haar slaapkamer is voorzien van fotobehang met duinen, strand en zee. De eerste maand is haar uitstekend bevallen, al is het nog een beetje wennen. Het ziet er zo keurig uit, dat je zou denken dat ze er pas een dag woont. "Ik ben altijd heel netjes. Als je over een jaar komt is het nog steeds zo schoon hoor."

Aan de andere kant van de benedenverdieping vinden we Mark van der Vliet. In zijn colbertje toont hij zich een ware directeur van zijn domein. Hij laat de bezoekers trots zijn slaap- en badkamer zien en drentelt vervolgens met ferme stappen naar de woonkamer. In een grote vitrinekast een prominente plek voor zijn trekkerverzameling. Wat verder opvalt is het hoge koeiengehalte, zijn andere verzameling. Ondanks de twee grote verzamelingen is het een net en geordend geheel, helemaal in de stijl van zijn kleding.

Bij Wout Legierse treffen we de familie Amsing. Wout praat ze al helemaal bij over het afvalschema dat hij zeer nauwkeurig bijhoudt met schema's die keurig geordend zijn in een speciale map die niet uit het oog wordt verloren. Hij zit op de eerste verdieping. Aanvankelijk zou hij aan de andere kant van het pand zitten, maar omdat hij hier zicht heeft op de containers kreeg hij een appartement aan de straatkant. In een mooie vitrinekast staat zijn verzameling vuilniswagens. Keurig achter glas, zodat ze niet meer zo vaak afgestoft hoeven te worden.

De laatste bewoner die we spreken is Kees van der Vis. Hij is blij met zijn nieuwe plek, vlakbij de Action waar hij werkt. Als hij niet aan het werk is, is hij bezig met sport. We komen zijn naam regelmatig tegen bij de doelpuntenmakers van het G-team en de prijzenkast in zijn woonkamer laat zien dat hij ook goed uit de voeten kan op de judomat. Momenteel is hij herstellende van een knieblessure, maar dat mag de pret deze dag niet drukken. "Het is mooi geworden hè? Ik ben hartstikke blij met mijn woning."