Boswachter

Het dofgroene uniform moet als gegoten zitten. Het boekje voor de bekeuringen moet binnen een seconde gegrepen kunnen worden, niet als een Texelaar zijn rothond het laatste nest velduilskuikens laat leegvreten, maar wel als Prins Bernhard onverhoopt een einde maakt aan een overstekende zebra. Zodra je het natuurterrein betreedt komt hij elegant aangesneld met een mok warme koffie en een gevulde koek. Met koud weer komt daar uiteraard een juttertje bij. Dat betekent veel plannen en organiseren, maar dat is een kolfje naar des kandidaats hand. Hij moet op aanstekelijke wijze het verschil tussen een duinreigersbek en een gewone reigersbek, tussen een bladkoning en een winterkoning, of tussen een landkaartje en een dambordje uit kunnen leggen, zó dat je het je leven niet meer vergeet. Lastige vragen over Han Lindeboom moet hij vakkundig kunnen pareren. Verder moet hij zich terdege bewust zijn van zijn omgeving, te weten de Dennen, pardon het Nationaal Park Duinen van Texel, pardon het Werelderfgoed Waddenzee, pardon het Natura 2000-paradijs, pardon het Tureluurproject, pardon het enige nog overgebleven en zeer geliefde woongebied van de noordse

Woelmuis