Politiek verdeeld over beheer van sporthal
De nieuwe sporthal wel of niet laten beheren door een stichting? De politiek is er nog niet uit. Volgens het college is zo'n stichting nodig om de BTW te kunnen verrekenen, maar een meerderheid van de raad vindt dat eerst naar de gewenste beheersvorm moet worden gekeken en daarna of daarmee belastingvoordelen zijn te halen.
Op een geraamde investering van €7 miljoen scheelt wel of geen BTW een flinke slok op een borrel. B en w gingen er vanuit dat BTW kan worden verrekend, maar geeft nu aan dat het hiervoor noodzakelijk is dat de gemeente de sporthal verhuurt aan een stichting. Die geeft de sporthal vervolgens in gebruik aan de sporters. Hiermee volgt het college het advies van belastingadviseurs. Wel moeten de voorwaarden voor deze stichting, de vorming van het bestuur en andere zaken worden onderzocht.
Maar een meerderheid van de raad vindt dit te kort door de bocht, reden voor PvdA, D66, Eiland Belang en Sterk Texel met een amendement af te dwingen dat eerst de gewenste beheersvorm wordt onderzocht. Met steun van Texels Belang werd het amendement met 9 tegen 6 aangenomen. Dit grijpt terug naar het besluit dat de gemeenteraad in 2013 nam om beheer en exploitatie niet aan een commerciële partij uit te besteden, maar dat de gemeente dit in eigen hand houdt. Met als argument dat er betaalbare tarieven blijven voor sport en sporters.
De discussie in de raad werd met bijzondere belangstelling, maar ook met enige verbazing, gevolgd door oud-beleidsambtenaar Gert Pansier. Hij was samen met Albert Hoven (toen van de Sportraad) en Dick van der Weide (regiomanager Sport) destijds samensteller van de rapportage "Sport op afstand". Ze deden op verzoek van Jan Legters, die toen interim-directeur bij de gemeente was, onderzoek naar de beste beheersvorm van de nieuwe sporthal. Aanleiding was onder meer de ambitie om regiegemeente te zijn. Het drietal onderzocht op welke manier de verzelfstandiging het beste vorm zou kunnen krijgen. Voor- en nadelen werden in kaart gebracht. Eindconclusie was dat door beheer en exploitatie op afstand te zetten (in een stichting) slagvaardiger en flexibeler kon worden gehandeld en dat er een grote transparantie zou zijn. Conclusie was ook dat bij beheer door een stichting BTW-voordeel was te halen, mits dit juridisch goed wordt dichtgetimmerd. En door goede randvoorwaarden te stellen, onder meer aan de hoogte van de tarieven, wordt voorkomen dat de gebruiker de dupe wordt.
De discussie in de raad wekte de indruk dat niet ieder raadslid bekend was met de inhoud van deze rapportage. Het onderzoek is destijds wel aangeboden aan Legters, maar heeft na diens vertrek mogelijk nooit de gemeentelijke organisatie bereikt. Pansier: "Politieke partijen kenden het rapport niet, we hebben het nu maar zelf naar hen opgestuurd." Bedoeling is dat het (nieuwe) onderzoek naar het beheer, de BTW, etc. na het zomerreces zal zijn voltooid.