De weidsheid van De Bol is enom.
De weidsheid van De Bol is enom. Foto: Job Schepers

Levendige zandplaat vol geheimen

De Razende Bol, de uitgestrekte zandplaat ten zuiden van Texel. Op het eerste gezicht een enorme kale vlakte, als je beter kijkt een levendig eiland met vele geheimen. Onder leiding van strandvonder Hans Eelman maken we een rondje.

"Texel bestaat uit drie eilanden: Texel, de Razende Bol en het 'ondereiland'; de zee er omheen waaronder de oude Reede van Texel", stelt Hans Eelman op weg naar de Razende Bol. Aan boord stopt hij mij een folder toe. 'De parel van de Hollandse Waddenkust' wordt het natuurgebied omschreven. Nadat we vanaf het schip met een rubberbootje een weg hebben gezocht naar de kust, wordt me duidelijk waarom. Er is hier van alles te zien. In de verte zie ik al de contouren van een wrak en Hans ziet dat ik het opmerk. We lopen er naar toe en hij begint te vertellen. "Dit is de zijkant geweest. Hier heeft de mast gestaan. Het wrak lijkt op een bomschuit, die vroeger op het strand van Scheveningen lagen. Zie je die pinnen? Ze sloegen er wiggen in, zodat ze er niet meer uit konden vallen. Om de toekomst te verbeteren, moet je naar het heden kijken. Ze hebben alles al wel eens bedacht. Van dit schip weten we niet hoe oud het is. We hebben monsters genomen voor onderzoek, maar daar zaten te weinig jaarringen in. Er is nou een nieuwe partij die onderzoek wil doen. We wachten het wel af", stelt hij.

Hij lijkt vooralsnog niet al te veel fiducie in een nieuw onderzoek te hebben. Ondanks dat de strandvonder en begenadigd archeologisch duiker geniet van zijn controlerende functie op de Razende Bol, loopt ook hij tegen de nodige problemen aan. Teveel instanties claimen rechten op de Bol en de belangen zijn duidelijk verschillend. "Dat maakt onderzoek lastig. Wanneer er iets aanspoelt dat van archeologische waarde is, moet je snel in actie komen. Anders spoelt het weg. Maar het probleem is dat ik het niet zomaar weg mag halen. Zaken ouder dan vijftig jaar vallen niet onder de strandvonderij. Je zag dat laatst met het ezelshoofd dat aanspoelde." Het scheepsonderdeel werd geschat op een leeftijd van 200 jaar, maar dreigde door de papiermolen verloren te gaan. In dit geval kwam het goed en inmiddels ligt het in Kaap Skil.

"Er liggen hier enorm veel wrakken. Als het wat droger is en de westenwind een tijdje raast, liggen er veel meer bloot. Maar velen blijven goed verscholen. Er moet ergens een schip met porselein liggen. Ik heb al wel regelmatig kopjes gevonden." Naast Hans zijn ook zijn vaste duikmaat Mouli van Dam uit Den Helder en Martin Lubach uit Den Hoorn mee op avontuur. Dit keer geen nieuwe grootste archeologische vondsten, maar dat Mouli een echter jutter is, blijkt snel. Al voor we goed en wel op de plaat staan heeft hij een 'blaas' waargenomen. De oranje boei ligt aan de andere kant van de plaat en ik vraag mij de eerste tien minuten af, waar hij het in hemelsnaam over heeft. Toch zetten we koers die kant op en ik laat maar in het midden dat ik pas halverwege zie wat de anderen al minuten lang zagen. De plaat blijkt veel meer dan een scheepskerkhof. Trots laat Mouli een bot zien en Hans en hij raken in discussie. "Het lijkt versteend. Het is oud. Zo te zien een hert of zo", luidt de eindconclusie.

"Zie je Job. Je vindt hier altijd wel iets. Het is iedere keer anders. Rijk word je niet als strandvonder. De kosten voor de boot zijn al hoger", vertelt Hans over zijn bijdrage van zevenhonderd euro per jaar. Hij lijkt er niet om te malen. Hans is de koning van De Razende Bol en geniet van zijn koninkrijk. Het is niet alleen maar leuk. Zo spoelde er eens een zeilbootje aan met een dode man er bij. En ook de chemicaliƫn die aanspoelen brengen zorgen. Bovendien is het aanlanden op de plaat niet altijd zonder risico. Tijdens ons bezoek is het eendekukeltjesweer, maar ik kan me voorstellen hoe lastig de aanlanding moet zijn als het tekeer gaat. Al wandelend over de sompige plaat - soms tot de enkels in het slik - wordt duidelijk hoe veelzijdig de Razende Bol is en hoe goed de natuur zichzelf reguleert. We controleren een jonge zeehond, die zich weinig van ons aantrekt en in prima conditie blijkt. We snijden aan de noordkant een stuk af om de zeehonden niet te storen en stuiten hierdoor op een minder gelukkig exemplaar. De meeuwen blijken een voorliefde te hebben voor de kop en de ogen, er is weinig meer van over. Ja, ook dat is natuur. Eten en gegeten worden. Op de terugweg naar Oudeschild stel ik vast dat De Razende Bol een prachtig stuk Texel is dat de nodige complexe materie met zich meebrengt. Waar houdt toerisme op en bescherm je de zeehonden tegen te snel varende boten? In hoeverre bescherm je wrakken om ze te behouden voor de toekomst? Over de Razende Bol valt nog genoeg te schrijven.

Job Schepers