Tobi Kooiman had een hoge grapdichtheid.
Tobi Kooiman had een hoge grapdichtheid. Foto: Sanne Rosbag

"Zorg dat het echt is"

Muzikaal een zeer sterk jaar, maar inhoudelijk was het gemiddelde niveau wat mager. Aldus de jury die de afgelopen dagen de negen voorstellingen van het Amsterdams Kleinkunst Festival in Klif 12 in Den Hoorn beoordeelde.

"We vragen ons af of de jonge theatermakers voldoende kritisch zijn over de kwaliteit van hun materiaal", oordeelde de jury nadat donderdag-, vrijdag- en zaterdagavond negen voorstellingen de revue waren gepasseerd. "Stellen jonge theatermakers zichzelf de vraag of hun verhalen ook voor ons relevant zijn? Je mag je eigen wereld interessant vinden, maar als je publiek er soms schouderophalend kennis van neemt, sta je vooral jezelf te vermaken."

Het was een boodschap die de jury (Ruud Buurman, Merijn Henfling, Wimie Wilhelm, Frank Noorland en Rieneke van Nunen) niet voor het eerst had, maar ook een boodschap die volgens de jury herhaald moet blijven worden. "Daarbij willen we niet de indruk wekken dat iedereen maar een mening over alle ellende in de wereld moet hebben. Ook een persoonlijk verhaal kan, mits goed gebracht, waardevol en boeiend zijn. Als het maar echt is."

Door naar de volgende ronde (de halve finales) om de AKF Sonneveldprijs waren Thomas Pieters, Sophie de Hart & Wouter van Dijk (De Lachtende Derde), Tobi Kooiman, Daniëlle Schel, Mitch Blaauw & Liza van Zeijderveld (Struisveren & Confetti) en Lonneke Dort. De jury omschreef de laatste als een theatermaker die de luiken heeft openstaan en een blik op de wereld werpt. "Ze heeft iets te melden. Het mag alleen wat minder vrijblijvend en afwisselender." Thomas Pieters kreeg een pluim voor het feit dat hij vlak voor zijn optreden nog losjes aan de bar hing en vervolgens gewoon zijn voorstelling speelde en zichzelf was. Hij kreeg wel het advies voor zijn verhaal te gaan staan en zichzelf niet weg te giechelen.

Het sleutelmoment in de voorstelling van Sophie de Hart en Wouter van Dijk was volgens de jury het moment dat ze de smartlap 'Kijk me aan, als je tegen me liegt' aankondigden. Veelbelovend, al kwam het er volgens de jury ook vaak nét niet uit. "Ze laten aardige opzetjes een aanzetjes zien en horen, maar de liedjes vervallen te vaak in rijmelarij. Dan blijft het geheel te vrijblijvend tussen de schuifdeuren hangen."

Daniëlle Schel werd beoordeeld als een theatermaakster met een persoonlijkheid en een leuke uitstraling. De inhoud van haar programma was volgens de jury echter nog te mager. "Wie zo goed speelt en tegelijk zo weinig heeft te melden, doet zichzelf wel erg tekort."

Tobi Kooiman kon rekenen op de prijs voor de grootste grapdichtheid van de avond. Goed materiaal, maar hij kreeg wel het advies beter te timen, zodat het publiek hem kan bijhouden. "Hij vertelt heerlijk over zijn mislukte pogingen om te gaan met mensen. Hij vertelde iets over zichzelf en ging veel te vroeg weg."

Liza van Zeijderveld en Mitch Blaauw brachten variété naar het Amsterdams Kleinkunst Festival. Technisch goed en retestrak, maar de sketches bleven volgens de jury vaak nog steken in een mager idee. De halve finalisten gaan de komende tijd onder begeleiding op tournee om zich verder te ontwikkelen.