Jonne Bonnet deed in de haven onderzoek naar het herstel van flora en fauna na de olielekkage.
Jonne Bonnet deed in de haven onderzoek naar het herstel van flora en fauna na de olielekkage. Foto: Gerard Timmerman

Afname soortrijkheid

Op 31 maart van dit jaar lekte er een flinke hoeveelheid gasolie in de haven, een deel daarvan kwam terecht in de verenigings- en de Waddenhaven. Wat is het effect daarvan op de flora en fauna? De soortrijkheid blijkt sterk afgenomen.

Tot die conclusie komt VWO-scholiere Jonne Bonnet. Ze deed voor haar profielwerkstuk onderzoek naar het herstel van de flora en fauna in de jachthaven. "Ik wilde graag iets praktisch. Eerst dacht ik iets met vogels, maar toen kwam ik op het idee om het effect van de olie op de flora en fauna te gaan onderzoeken."

Jachthaven

"Ik deed onderzoek in de jachthaven van Oudschild en in de NIOZ-haven, waar geen olie is gelekt, en die ik als referentie gebruik. De vergelijking gaat overigens niet helemaal op, de diversiteit in de NIOZ-haven was een stuk kleiner dan in de Waddenhaven, die veel rijker was aan soorten. De NIOZ-haven ligt direct aan het open water, terwijl de jachthaven beschutter ligt en daardoor rijker was aan soorten. Wás, want kort na de lekkage wees een inspectie uit dat heel veel vastzittende dieren en planten aan het doodgaan waren. In hoeverre er sprake is van herstel onderzocht ze voor het eerst op 12 juni, bijna drie maanden na de lekkage. Met haar schepnet, camera en notitieblok nam ze er een kijkje en registreerde haar bevindingen. "Ik heb gevist en op verschillende plekken boeien en touwen omhoog getrokken. Er stroomde nog olie uit, het kleurde bruin en het stonk nog. Dat is inmiddels wel een stuk minder geworden."

Verspreid over bijna een half jaar heeft Jonne vier keer onderzoek verricht in de Waddenhaven. "Op het schuine talud zag je eerst dat darmwier explosief was toegenomen. Zo'n explosieve wiergroei komt vaker voor na olievervuiling. Later in het jaar stierf dat af. Toen kwam er vanaf de bovenkant weer wat blaaswier terug. Dat was ook vóór de lekkage de overheersende soort op die plek. Andere soorten die volgens Jonne snel herstelden zijn Japanse knotszakpijp, zeeanjelier en slingerzakpijp. "Dat zijn waarschijnlijk de sterkere soorten."

Marien bioloog

"Sommige groepen zoals de pissenbedden, gelede wormen en slakken zijn niet meer aangetroffen, alle andere groepen zoals sponzen, hydropoliepen, garnalen en krabben zijn in diversiteit afgenomen. De soortrijkheid in de Waddenhaven is dus enorm afgenomen." Wijzend op oesters langs de steiger. "Die zijn dood, dat zie je aan de witte randjes." Ze knijpt in een Japanse knotzakpijp, er spuit water uit: "Die leeft." Dat is ook het geval met een hongerlijdertje. "Daarvan zaten er eerder meer."

Het onderzoek van Jonne is in goede aarde gevallen, begeleidster Marga Loos wil haar profielwerkstuk naar het wedstrijdcomité sturen. Jonne wil na haar VWO geneeskunde of biologie studeren. "Mijn ouders zijn beiden bioloog, daardoor wilde ik vroeger nooit biologie studeren. Maar de laatste paar jaar ben ik het steeds interessanter gaan vinden. Eigenlijk ben ik bang dat ik ook mariene bioloog ga worden."