Het naambord Phoca op de woning van Erik Boon in De Cocksdorp.
Het naambord Phoca op de woning van Erik Boon in De Cocksdorp. Foto: Henk Leyen

Phoca: Wie van de 3?

Wie van de drie? Het zou de wedervraag kunnen zijn voor wie naar Phoca wordt gevraagd.

Antwoord 1: Het huis aan het eind (of het begin) van de Kikkertstraat in De Cocksdorp van Erik Boon. Ook goed is de naam van de kajuitsloep waarmee Koos Boon, de vader van Erik, zeehonden in de Waddenzee bewaakte (waarmee de huisnaam is verklaard). En tevens juist is de naam van een zeehond in Ecomare. Maar bij de laatste twee antwoorden, zijn er weer drie varianten mogelijk. Over het vaartuig: in 1965 werd de kajuitvlet ''Phoca" officieel gedoopt door Baron J.A. van Oldeneel tot Oldenzeel van de afdeling Faunabeheer van het ministerie van Landbouw. "Phoca Vitulina, Voortbestaan Verzekerd", vertaalde de krant. De vlet, met als schipper Koos Boon, diende voor de bewaking van het zeehondenreservaat in het Eierlandse Gat en voor biologische waarnemingen. In 1976 werd de kajuitvlet vervangen door een nieuw bewakingsschip met dezelfde naam. Om in 1998 te worden opgevolgd door de derde, snellere en groter Phoca. Nu over de zeehonden. In 1954 werd bij De Cocksdorp een huilertje gevonden. Liefdevol opgenomen door Gerrit en Annie de Haan van het Texels Museum, die hem Phoca noemden. Door longworm overleed Phoca negen maanden later. Niet lang daarna kwam er een nieuwe Phoca in de opvang. Deze verwierf een legendarische status, groeide uit tot publiekstrekker en verscheen zelfs op televisie. Maar hij overleed in 1960, ook door longworm. Phoca III hield het aanzienlijk langer vol. Na 19 jaar stierf deze zeehond.