Van den Heuvel naar WK in Le Mans
Thijs van den Heuvel heeft een ticket bemachtigd voor het Wereldkampioenschap in Le Mans in Frankrijk dat 8 en 9 oktober gehouden worden. De coureur bij het karten in de X:30 Shifterklasse deed dit door tweede te worden in het Benelux-kampioenschap.
Een knappe prestatie van de coureur die in zijn debuutjaar lang meedeed om de eerste plaats. Pas in de laatste race in het Belgische Spa ging het mis. Motorpech zette een streep door de ambities die Van den Heuvel voorafgaand aan het seizoen gesteld had. Uitgerekend zijn pupil Jesse Smeets ging er met de winst vandoor. "Liever dat hij kampioen wordt dan één van de Belgen. We hadden de laatste race de nodige pech. In de eerste manche draaide de motor vast in de opwarming. Ter plekke een nieuwe motor aangeschaft en er in gezet. Het probleem is wel dat je dan achteraan moet starten. Er startten twee klassen tegelijk en dus sta je met 32 man op de baan. Ik ben opgeklommen naar een vijfde plaats overall en tweede in mijn klasse. Maar ik zou iemand aangetikt hebben en werd gediskwalificeerd", vertelt hij.
Het was een lang en zwaar seizoen. Naast de Benelux-wedstrijden waarvoor hij onder meer naar Mariënburg, Genk en Emmen moest afreizen, nam hij ook nog deel aan het Nederlands Kampioenschap. "Daar sta ik eerste en ik maak dus een goede kans om Nederlands kampioen te worden. Het weekend na het WK rijden we de laatste wedstrijd in Emmen. Dan zijn we dit seizoen elf weekenden weggeweest om te racen. Maar goed, een hobby is een hobby. Een dure, maar gelukkig heb ik met De Muy, Vogelhuis en Paal 17 goede sponsoren."
Zelfde motoren
De focus ligt nu op het wereldkampioenschap, waar Thijs zeker in de top 5 wil komen. "Het niveau ligt daar heel hoog. Het leuke van dat kampioenschap is, dat iedereen dezelfde motoren heeft. Je rijdt namelijk niet met je eigen motor, maar moet daar één van de organisatie kopen. Er komt dus meer bij kijken dan vermogen. Hoeveel banden gebruik je? Hoeveel chassis? Dat maakt het een spannende strijd. Het is daar gewoon zes dagen vol gas rijden met topsnelheden van rond de 140 kilometer per uur." Op de vraag wat hij volgend jaar gaat doen, moet Thijs nadenken. Aan de ene kant wil hij natuurlijk graag alsnog het kampioenschap binnenhalen. "Ik weet dat ik Jesse kan hebben. Hij heeft enorme stappen gemaakt, maar ik blijf ervan overtuigd dat ik de betere coureur ben." Aan de andere kant is de zoon van Edwin van den Heuvel van garage Dros op zoek naar nieuwe uitdagingen. "Wie weet wordt het wel de autosport en dan de Clio-cup of de Megane-cup. We moeten daar gewoon nog goed over nadenken."
Ondertussen is Van den Heuvel junior ook nog altijd actief in het begeleiden van jonge coureurs. "Ik ben tijdens de raceweekenden de schakel die het meest weet. Dan heb ik het over lijnen die je moet rijden, de techniek enzovoort. Ik help ook vaak de ouders mee met het optimaliseren van de karts. Ik vind dat leuk om te doen. Dat is de begeleiding aan de overkant. Maar ook hier op Texel komen er alweer een aantal jonge jongens aan. De jongste is drie en daar hebben we net zijn eerste kart voor gekocht. Dan rijden we hier op de kartbaan. De snelheid ligt niet hoog en je maakt er dan een touw aan vast. Of je loopt er achter aan of ik rij er achter. Dat stukje begeleiden vind ik prachtig."