Mevrouw Dob neemt een kijkje bij de snijbonen in de moestuin achter haar huis.
Mevrouw Dob neemt een kijkje bij de snijbonen in de moestuin achter haar huis. Foto: Jeroen van Hattum

"Op je klompen moest je in de berm lopen"

Een dag vóór haar honderdste verjaardag heeft ze nog mooi een partij snijbonen uit eigen tuin gesneden. Een emmer vol. Niet alleen voor zichzelf, ook de buren mogen meegenieten van de groenten uit de tuin achter haar huis aan het Schilderend.

Mevrouw Riek Dob uit Den Burg oogt kwiek en vitaal en zo komt ze ook over tijdens een gesprek voor de krant over haar honderdste verjaardag die ze gisteren samen met haar familie vierde. Lopen gaat moeilijker en ze moet soms nadenken over een naam die haar ontschoten is, maar voor de rest geen serie aan kwalen die voorbij komt. Ja, haar handen trillen soms, dus als er meer dan twee kopjes koffie voor visite uit de keuken gehaald moeten worden, mag de visite dat met een dienblad doen. Een of twee kopjes doet ze zelf wel.

Mevrouw Dob werd op 18 augustus 1916 geboren als dochter van Gerrit Dob en Janna Cornelia van de Berg in een gezin van acht kinderen. Ze groeide op in polder Het Noorden en Eierland en ging naar school in Oosterend en de school in Zuid-Eierland waar de Eiland Galerij van Niek Welboren is gevestigd. "We liepen vroeger op klompen naar school. Naar Oosterend was het een uur en naar Zuid-Eierland elke dag een half uur. Je mocht niet met klompen op de weg, dus je moest in de berm lopen. Op zondag mocht je schoenen aan."

Na school werkte mevrouw Dob als dienstmeisje in de huishouding bij anderen. Dat was onder meer in Den Helder en Aerdenhout. "Je paste ook op de kinderen." Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog keerde ze terug naar de familie op het eiland. Na de oorlog trouwde ze met Gerrit Caspers met wie ze in 1958 aan het Schilderend in Den Burg ging wonen. Ze woont nog steeds in hetzelfde huis. Samen met haar man, die in 1981 op 65-jarige leeftijd overleed, kreeg ze dochter Henny en zoons Rob en Marco. Ze kreeg twee kleindochters (Minke en Liesbeth) en twee achterkleindochters (Femke en Nanda) die inmiddels 18 en 15 jaar oud zijn.

Koken doet mevrouw Dob nog altijd zelf, ze leest graag en in het weekend wordt er - als ze zin heeft - nog wel eens een koek of een taart gebakken. Zelf boodschappen doen of zelf groente uit de tuin halen lukt niet meer, maar daarvoor krijgt ze hulp van anderen. Tijdens het gesprek, samen met familie, komt echter wel aan de orde dat het nog niet zo lang geleden is dat ze zelf in de tuin aan het spitten was. "Een paar jaar geleden ben ik helaas een keer gevallen en sindsdien werk ik niet meer in de tuin. Maar ik ga wel vaak met mijn rollator kijken als mijn zoon er bezig is, om belangstelling te tonen."

Honderd jaar oud worden heeft uiteraard ook zijn keerzijden: dat niet alles meer kan is niet leuk en veel leeftijdgenoten van vroeger zijn er niet meer. De omgeving verandert ook. "Vroeger kende ik iedereen op het Schilderend, maar dat is niet meer zo." Ze heeft nog een broer en een zus: broer Klaas die 89 jaar oud is en op Texel woont en zus Jo in Haarlem die op 5 september 103 wordt.

De kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen komen graag en regelmatig over de vloer bij mevrouw Dob. Dan wil er nog wel eens potje scrabble gespeeld worden en dan is het werken voor de tegenpartij. "Ik win best nog wel eens een potje", klinkt het vol overtuiging.