Noordzeevisser Cor Vonk, echtgenote Stella en zoon Corné in de weer met de spandoeken voor op de kotters die meedoen aan het grote vissersprotest in Rotterdam.
Noordzeevisser Cor Vonk, echtgenote Stella en zoon Corné in de weer met de spandoeken voor op de kotters die meedoen aan het grote vissersprotest in Rotterdam. Foto: Gerard Timmerman

Vissers: ''Geef babyvis een tweede kans''

Grote drukte in de schuur van de familie Vonk. In de ene hoek worden voorbereidingen getroffen voor het HavenVistijn komende zaterdag, achterin maken Cor en Stella Vonk en zoon Corné de spandoeken voor de vissersactie in Rotterdam verzendklaar.

''Ik zal blij zijn als ik volgende week weer op de kotter zit, eindelijk rust'', grapt Cor, die aan wal al twee weken in touw is met het grootscheepse vissersprotest op zaterdag 27 augustus. Cor is één van de zes trekpaarden en secretaris van EMK (Eendracht Maakt Kracht) dit dit organiseert. ''We zijn onafhankelijk, maar hebben de steun van de hele visserijsector. En van de Belgische en Duitse vissers.'' Vier Texelse Noordzeekotters, de TX1, TX19, TX 36 en TX94, sluiten zich in de Maasstad aan bij de vloot van in totaal vijftig schepen, de helft van de totale Noordzeevloot. ''We hadden wel met meer gewild, maar dit was het maximale dat de Nieuwe Waterweg op mocht. We varen tot de Erasmusbrug en bij de Holland Amerikalijn kade meren we af met negen schepen. Daar delen we gratis gebakken vis uit en doen we ons verhaal.''

Een verhaal waarmee ze met dit publieksvriendelijke vlagvertoon het grote publiek en de politiek hopen te bereiken. ''Als dit zo doorgaat raken we steeds meer visgrond kwijt. Straks zitten we met de hele vloot op een kluitje, een klein stukje Noordzee dat onherroepelijk zal worden overbevist. De gebieden die ze willen afsluiten, liggen precies op de plek waar wij van oudsher vissen. De sector heeft andere gebieden aangedragen, maar dat wordt weer van tafel geveegd.''

Het afsluiten van de Scholbox van 35.000 vierkante kilometer voor de visserij zo'n kwart eeuw geleden, werkt volgens Vonk averechts voor de natuur. ''De eerste drie jaar ging dat prima, maar daarna ging het bergafwaarts met de visstand. Verklaarbaar. Met de zee is het net als het bijhouden van een tuin. In de gebieden waar wij mogen vissen, floreert de natuur. Niet eerder is er zóveel vis gesignaleerd in de Noordzee. Natuurorganisaties zeggen dat het slecht gesteld is met de Noordzee. Maar schol, schar, tong, bot, rode poon, mul, tarbot, haring en makreel zwemmen in soms ongelofelijke hoeveelheden rond. Vissers krijgen elk jaar een visquotum van Brussel en de stevig gekrompen vissersvloot houdt zich daar al jaren aan. Zelfs na de totale vangst door de kottervloot, blijft er ruim voldoende vis over voor bijvoorbeeld zeehonden en dolfijnen. En om voor nakomelingen te zorgen.''

Voor wat dat laatste betreft zit de plicht om per 2019 de ondermaatse vis aan wal te brengen Vonk hoog. ''Een waanzinnige maatregel. Bedoeld om ons selectiever te laten vissen en zo meer jonge vis in zee te krijgen. Maar waarmee ze het tegendeel bereiken. Mede dankzij de sumwing en ontsnappingspanelen is de bijvangst al enorm gedaald. Veel lager kan gewoon niet. Babyvis moet straks zonder reden dood gemaakt. Dat doet ons pijn in het hart. Ze maken er vis- en kattenvoer van, dus ook nog voedselverspilling. Bovendien kost het verwerken van de vis ons veel tijd en menskracht, De aanlandsplicht kost de sector tussen de 25 en 30 miljoen en is op termijn de economische doodsteek. De kleine vloot en de langoustinevissers zijn in 2019 volledig de pineut. De aanlandingsplicht is een politieke vergissing, maar niemand heeft de moed die terug te draaien.''