De gebroeders Kees (links) en Jacob Vlaming met de wisselbeker die Jacob in 1960 won, terwijl vooraf was afgesproken dat hij Kees zou laten winnen.
De gebroeders Kees (links) en Jacob Vlaming met de wisselbeker die Jacob in 1960 won, terwijl vooraf was afgesproken dat hij Kees zou laten winnen. Foto: Gerard Timmerman

Wisselbeker na 56 jaar weer terug in De Waal

De Ronde van De Waal die zondag 10 juli wordt verreden, beschikt over een wisselbeker. 56 jaar nadat Jacob (Jaap) Vlaming de trofee met wiellengte verschil voor broer Kees wegkaapte, schenkt hij hem aan de Ronde. Zondag wint de snelste Texelaar hem.

Een mooie beker, maar ook met een verhaal. Gewonnen in een grijs verleden, toen op het eiland meerdere dorpenrondes werden verreden. Kees (toen begin twintig), zijn jongere broer Jacob en broer Jan (de latere wiskundeleraar) waren fanatieke wielrenners. Kees: ''We trainden in die tijd elke avond met een groepje Oosterenders. Dan reden we een rondje Texel, een kilometer of zestig. Zondag deden we twee rondjes. Dat deden we van april tot oktober'' Er werd stevig gekoerst. Jacob: ''We reden gemiddeld wel een kilometer of veertig per uur. En we oefenden de eindsprint. Bij elk dorp trokken we een sprintje aan, met een paaltje als finish.'' Kees: ''We waren razendsnel. Als we een tochtige vaars uit het land moesten halen, dan liep ik die er gewoon uit.'' Jacob: ''We hadden grote longen. Bij de sportkeuring deden we wie de meeste longinhoud had. Toen er in het ziekenhuis eens een longfoto moest worden gemaakt, moest ik terugkomen. Ze pasten er niet op.'' Kees overkwam hetzelfde. ''We hadden zoveel lucht doordat we op fanfare VIOS zaten. Ik blaas vanaf mijn tiende.'' Nu, 68 jaar later, speelt hij nog steeds bij Excelsior.

De training had effect, zo blijkt uit vele bekers die de broers op tafel hebben staan. Niet allemaal van het fietsen trouwens. Kees, gepensioneerd veehouder: ''Die hoort er niet bij, hij is van de fokkerij. Jij mag ze wel wat beter poetsen Jacob! Die beker heb ik gewonnen met de Ronde van Zuidema. Er deed op een keer een Duitser mee, die was amateurwielrenner. Hij ging er vandoor. Ik dacht: het zal me niet gebeuren dat een buitenlander er met de beker vandoor gaat.'' Kees haalde hem in en won de rit. De broers maakten afspraken. Kees: ''De Ronde van Oost deed ik kopwerk, zodat Jacob kon winnen.'' Toen er daarna in De Waal werd gereden, spraken ze af dat Jacob zijn broer uit de wind zou houden. Kees: ''Ik had Piet Roeper op mijn hielen, het lukte me niet hem kwijt te raken.'' Met Jacobs hulp bleef hij de latere gemeentebode wel voor. Bedoeling was dat Jacob vlak voor de finish aan de kant zou gaan, zodat Kees winnend (net als in 1959) over de streep zou gaan. Toen de finish naderde, schreeuwde Kees: 'Jacob, Jacob'. Maar die begreep niet dat hij moest afremmen, verstond juist dat hij harder moest en maakte het af. Zodoende pakte Jacob de beker, die eigenlijk voor zijn broer bestemd was. Jacob beschreef het ''incident'' vorig jaar op kleurrijke wijze in ''Wat ik zeggen wou''. ''Het gebeuren heeft jaren tot 'spanning'' in onze verhouding geleid.'' Kees: ''Die wisselbeker heeft dus 55 jaar lang op Jacobs werkkamer gestaan. Elke keer als hij ernaar keek, realiseerde hij zich dat er iets niet goed was gegaan.'' Na die twee brieven in de krant informeerde menigeen bezorgd. ''Hebben jullie er na al die jaren nóg ruzie over?'' Kees: ''Welnee, na de finish heeft Jacob direct zijn excuus aangeboden, sindsdien lachen we er om.'' Jacob was in 1960 de laatste die de beker won, daarna werd de Ronde van De Waal niet meer verreden. Maar sinds 2014 is hij weer terug. ''Zou hij nog steeds geldig zijn als wisselbeker?'', meldde hij zich met de trofee met de grote oren bij Rob en Corrie Teisman. Rob: ''Een prachtig verhaal. We zijn hier heel blij mee. Nu hebben we een wisselbeker voor de snelste Texelaar.''