De vluchtelingen tijdens een ontspannen wandeling door het Hogeberggebied.
De vluchtelingen tijdens een ontspannen wandeling door het Hogeberggebied. Foto: Jeroen van Hattum

"Weg van de oorlog en de terreur"

Kapper, advocaat, meubelhandelaar, elektricien, voetballer en kok. Ze verblijven allemaal in de crisisnoodopvang die maandag 28 december in Ons Genoegen in Den Burg van start ging. De Texelse Courant liep een week lang mee.

Het zijn de anonieme gezichten die je ziet in Ons Genoegen. De anonieme gezichten die je kent van televisie. Van de vluchtelingen die rijen dik bij een grens aankomen of in overvolle rubberboten bij de Griekse kust arriveren. Anonieme vluchtelingen die op televisie opgaan in de massa, maar dichtbij in een crisisnoodopvang individuen worden die Muhannad, Amat, Shwan of Maywan blijken te heten. Muhannad die tijdens de taalles van de bibliotheek in de spiegelzaal van Ons Genoegen zijn tafelgenoten meehelpt Nederlands te leren. Amat die tijdens een wandeling door het Hogeberggebied zo blij als een kind op een oude fiets rondrijdt. Shwan die elf talen spreekt en Maywan – profvoetballer in Irak en Turkije - die opleeft als hij op het kunstgrasveld van Texel'94 kan voetballen. Zomaar een paar mensen uit de groep van 119 vluchtelingen die tot morgen in Ons Genoegen verblijven. Mensen uit Syrië, Irak, Iran, Afghanistan en Eritrea.

Als verslaggever maak ik maandagavond 28 december in de spiegelzaal van Ons Genoegen voor het eerst kennis met de groep. Het is warm in de zaal en er is een geroezemoes waaraan de hele week niet veel verandert. Bijna de helft van de groep is negentien jaar of jonger. In de loop van de week kunnen de kinderen onder meer voetballen, naar het strand, met GVT sporten in De Koninghal, volleyballen met Tevoko, naar Stay Fit, Ecomare en het speelparadijs van De Krim zodat ze hun energie kwijt kunnen. Naar school gaan, is er niet bij en alleen maar rondhangen in en rond Ons Genoegen zou niet goed zijn. Slapen doet iedereen in de sporthal zelf die met scheidingswanden is opgedeeld in kleinere compartimenten waarin de veldbedden staan. Die plek is alleen voor de vluchtelingen, zodat ze nog iets van privacy hebben.

Dat blijkt na een paar dagen meelopen niet veel. De vluchtelingen zijn blij met het onderdak, maar maken er geen geheim van dat het 's nachts lang niet altijd stil is. Het continu moeten delen van een kleine ruimte met andere families vergt veel van ze, evenals het slapen op de veldbedjes. Een man vertelt continu op zijn rug te slapen. "Als ik me omdraai, verschuift de deken en krijg ik het koud, dus ik blijf maar op mijn rug liggen." Voor mensen met rugklachten en een vrouw die zwanger is, worden de eerste avond matrassen in huis gehaald. Of er geslapen wordt, is sowieso de vraag. Voor diverse mensen is de nacht het moment waarop gedachten aan het land van herkomst, zorgen over andere familieleden of nachtmerries de kop opsteken. Een jonge vrouw vertelt per nacht hooguit drie uur te slapen.

Waarom wordt duidelijk, als de verhalen achter de gezichten loskomen. De 42-jarige Muhannad uit Irak vertelt dat zijn gezin moest vluchten, nadat zijn zoon op school door een militie was ontvoerd. Muhannad bracht zijn vrouw en vijf kinderen naar Izmir in Turkije, keerde terug naar Irak om zijn zaak (een groot bedrijf in hout en staal) te verkopen en voegde zich in oktober 2015 bij de familie. Met een bootje gingen ze naar Griekenland, waarna een tocht door Macedonië, Servië, Kroatië, Slovenië, Oostenrijk en Duitsland volgde. In Kroatië was de opvang goed, in Macedonië en Slovenië sliep de familie buiten in de regen, was het koud en ontbrak het aan sanitair, eten en drinken. "Dan zorg je ervoor dat in ieder geval je kinderen wat te eten hebben", vertelt Muhannad. "Ik vond het niet erg om niet te eten. Ik wilde wel roken. Dat wilde ik niet opgeven." Het eten bestond soms uit stukjes brood, chocolade of biscuits. "Als er geen water was, dronken we uit flesjes die we eerder bij een opvang hadden meegenomen." In Oostenrijk raakte de familie gescheiden, nadat ze over twee bussen waren verdeeld. Twee zonen kwamen daardoor in Salzburg in plaats van zoals bedoeld Linz terecht. Met hulp van anderen wist Muhannad de jongens na dagen terug te vinden, maar het leverde een hoop trammelant op met de Oostenrijkse politie. "We zijn nu twee maanden in Nederland. We zijn in Ter Apel, Didam, Veenhuizen, Hoorn en Limmen geweest en nu hier." Muhannad komt monter over, maar voelt zich lang niet altijd zo. "Soms ben je vrolijk, maar vaak voel je je verdrietig als je terugdenkt aan vroeger." Hij hoopt een nieuw bestaan op te kunnen bouwen. "Dit soort gebouwen heb ik vroeger zelf ook gemaakt", vertelt hij terwijl hij de spiegelzaal aanwijst. "Ik ben blij met het onderdak. We zijn hier veilig." De zoon die in Irak uit school werd ontvoerd is er ook bij.

Hoe kun je oud en nieuw vieren als je geen idee hebt hoe je toekomst eruit zal zien?

Shwan had als advocaat een bestaan opgebouwd in Bagdad, met een mooi huis en meerdere auto's voor de deur. Hij is echter van Koerdische afkomst, waardoor het voor hem en zijn familie door de onderlinge strijd in het land te gevaarlijk werd om te blijven. Hij is gespannen als ik hem voor een tweede keer spreek en vraag hoe hij en zijn familie oud en nieuw hebben gevierd. Niet is het antwoord. "Hoe kun je dat vieren als je geen idee hebt hoe je toekomst eruit zal zien?" Hij heeft het er erg moeilijk mee dat hij als vluchteling niets kan en mag doen en van anderen afhankelijk is. "Ik ben hier niet gekomen om te leven van het belastinggeld van een ander. Ik wil zelf in mijn onderhoud voorzien, een huis betalen en belasting betalen. Geef me die kans. Ik kan niet meer terug naar Irak. Als het daar voor ons ook maar voor één procent veilig was geweest, waren we gebleven. Er zitten hier zoveel mensen die opleidingen hebben gevolgd en goede banen hadden. Maak gebruik van al die kennis en kunde." Hij hoopt zelf onder meer als vertaler aan de slag te kunnen gaan. Shwan spreekt elf talen, waaronder Nederlands waarin hij zich goed kan uitdrukken. "Taal is de toegang tot een samenleving. Ik ben nu hier, dus ik leer nu hier de taal, zodat ik met anderen kan praten en discussiëren. Je verstaat en begrijpt elkaar en kunt daardoor misverstanden uit de weg ruimen."

De 53-jarige Amat uit Syrië, die zich in het Hogeberggebied uitleefde op de fiets, is net als Shwan hoffelijk en vriendelijk, maar lijkt wel continu op zijn hoede te zijn. Spreken gaat via een tolk. Texel is de vijfde plek waar hij sinds de aankomst in Nederland met de familie verblijft. Hij zegt zich thuis te voelen in Ons Genoegen. Over de vlucht uit Syrië is hij kort: "Dat was een dodelijke route, weg van de oorlog en de terreur." Wat later komt in het gesprek naar voren dat Amat, die handelde in meubels, door de oorlog alles in Syrië is kwijtgeraakt. Van de vrolijkheid die hij bij het fietsen aan de dag legde, is geen spoor meer te bekennen. Een dag later bij het maken van sierraden in de spiegelzaal komt zijn situatie nog eens pijnlijk naar voren. Amat heeft een ketting met een hoefijzer eraan gemaakt. Het is een herinnering aan een paard dat hij jarenlang gekoesterd heeft.

Ronduit indrukwekkend is het verhaal van de Iraanse Ava en haar dochter Nadia. Hoe je tussen wal en schip kunt geraken. De twee blijken vroeger al eens in Nederland te hebben gewoond totdat ze tien jaar geleden bij gebrek aan een geldige verblijfsvergunning het land moesten verlaten. Nadia was twee toen ze naar Nederland kwam, zat tot groep 8 op de basisschool en heeft Nederlands als moedertaal. De twee zijn christenen, waardoor ze na terugkeer in het Iran – met de islam als staatsgodsdienst - geen prettig leven hadden en werden vervolgd. Het leidde ertoe dat ze voor de tweede keer vluchtten. Ava ging tijdens de boottocht naar Griekenland kopje onder en werd door een ander op tijd uit het water gered. Tijdens de vlucht door de bergen van Iran moesten ze onderweg mensen achterlaten. "We moesten doorlopen, we mochten niet stoppen. Wat we daar hebben meegemaakt, zie ik nu 's nachts in mijn nachtmerries." In Griekenland werden moeder en dochter beduveld door een taxichauffeur die hen wijsmaakte dat alle grenzen dicht waren en dat hij ze wel voor veel geld over de grens zou smokkelen. Muhannad uit Irak vertelde ook al zo'n verhaal: zijn familie was eveneens voor veel geld door een taxichauffeur meegenomen en ergens op een snelweg achtergelaten. Texel is voor Nadia en Ava in twee maanden tijd de elfde plek waar ze worden opgevangen. Dat ze een ander geloof aanhangen, werkt volgens hen zelfs in de opvang in Nederland nog door. "Sommige vrouwen willen niet met ons praten en gaan ergens anders zitten als wij erbij komen. Tijdens het eten zijn we hier wel in de zaal, maar verder zijn we toch vaak op onszelf."

Een week in de crisisnoodopvang leert dat voor de vluchtelingen van een normaal dagelijks bestaan amper meer sprake is. De vele activiteiten binnen en elders op het eiland breken de dag en daar wordt dankbaar gebruik van gemaakt. Een groep vrouwen is oprecht blij als ze donderdagmiddag in de keuken van de OSG weer eens zelf eten kunnen klaarmaken. Bedoeling is dat ze lekkere hapjes voor oud en nieuw maken, maar een aantal vrouwen begint meteen aan een complete maaltijd. Zelf de maaltijden bereiden is er voor de vluchtelingen echter niet bij, omdat ook aan het eten regels worden gesteld. Texel Catering uit Oudeschild zorgt voor het eten.

In de wetenschap dat veel vluchtelingen onder spanning leven, is het bewonderenswaardig dat het niet tot uitbarstingen komt. Er is zo nu en dan wel eens wat onderlinge spanning, maar de sfeer is over het algemeen rustig en relaxed. Hetzelfde geldt voor de begeleiding: die is ook relaxed en met respect voor de vluchtelingen bezig. Het wereldwijde vluchtelingenprobleem wordt op Texel niet opgelost, maar de vluchtelingen krijgen wel een gastvrij en welkom onthaal. Opmerkelijk is dat diverse kinderen aan het begin van de week kinderfietsjes verstoppen in de struiken. De verklaring: dan hoeven ze de volgende dag niet met andere kinderen de strijd aan te gaan om hun tijdelijk bezit. Een soortgelijk lot is de balletjes van het tafelvoetbal voorbehouden. Die worden aan het begin van de week ook meteen aan alle kanten gehamsterd. Het mag niet, maar met de wetenschap dat je als kind in de opvang vandaag niet weet wat je morgen nog hebt, is het wel goed te begrijpen. Ook voor de volwassenen is de toekomst onzeker als ze morgen weer van Texel vertrekken. "We stappen in de bus", zegt één van hen, "en dan zien we waar we uitkomen."

Jeroen van Hattum

Gezamenlijk lekkere hapjes maken in de keuken van de OSG.