'Vluchteling haalt kracht uit solidariteit'
Solidariteit en meelevendheid. Zaken waar iemand die net gevlucht is kracht uit kan putten, vertelt coördinator Aziz Azizi van Vluchtelingenwerk op Texel. Hij is betrokken bij de naderende opvang van vluchtelingen in Ons Genoegen in Den Burg.
Het gevoel dat je weer veilig bent, is een basisgevoel voor een vluchteling, vertelt Azizi die zelf begin jaren negentig uit Afghanistan vluchtte. Dat gevoel is er in eerste instantie vooral fysiek. Het duurt vaak langer voordat een vluchteling zich in gedachten ook weer veilig voelt "In gedachte ben je na de vlucht nog heel veel bij de situatie waar je vandaan bent gekomen. Je kunt het in drie stappen bezien. Je verkeert in eerste instantie in een onveilige situatie, waardoor je moet vluchten. Daarna heb je het vluchten zelf. Dan ben je ook niet veilig. Je weet niet waar je terecht gaat komen en wat je onderweg allemaal zal meemaken. De derde fase is dat je fysiek veilig bent, maar dat je dat in gedachten nog moet worden. Dat is een fase waarin veel vluchtelingen verkeren als ze net zijn aangekomen in de opvang." De vluchtelingen die straks in de sporthal zitten, zijn er volgens de coördinator van het Vluchtelingenwerk op Texel mee geholpen als zij solidariteit en meelevendheid ondervinden. "Vergelijk het met iemand die ziek is, in het ziekenhuis ligt en bezoek krijgt. Dat bezoek kan de patiënt niet beter maken, daar zijn de dokters voor. Maar dat bezoek geeft jou als patiënt wel het gevoel dat je er niet alleen voor staat en dat er andere mensen bij jou betrokken zijn. Dat geeft kracht." Rust is een ander ding waar vluchtelingen volgens Azizi mee geholpen zijn. De mensen die in de sporthal verblijven, hoeven niet continu met activiteiten beziggehouden te worden, maar hebben er volgens Azizi veel aan als ze de gelegenheid krijgen tot zichzelf te komen.
Azizi vluchtte zelf in 1992 van Afghanistan naar Nederland, nadat de fundamentalistische moedjahedien onderling slaags was geraakt na de terugtrekking van het Russische leger uit Afghanistan in 1989. De moedjahedien had het onder meer voorzien op intellectuelen en Azizi was in die tijd hoogleraar taal en literatuur aan de universiteit in Kabul, waardoor ook hij gevaar liep. In Nederland verbleef hij in eerste instantie in een asielzoekerscentrum waar hij al snel anderen bijstond met onder meer tolken en het schrijven van brieven. Hij leerde ook meteen de Nederlandse taal in de wetenschap dat taal dé sleutel is om aan een samenleving mee te doen. Naast Nederlands spreekt hij Hindi en Sanskriet (Afganistan), Urdu (Pakistan), Farsi (Iran), Arabisch, Engels en Russisch. Na een studie psychologie kwam Azizi bij Vluchtelingenwerk Noordwestholland waar hij meerdere regio's coördineert waaronder sinds 2009 Texel. Het vluchtelingenwerk houdt zich er onder meer mee bezig om asielzoekers en statushouders aan de samenleving te laten deelnemen. Azizi zegt blij te zijn met de mentaliteit op Texel. "Het is hier nooit een probleem om aan vrijwilligers te komen. Dat zie je nu ook weer bij de opvang in Ons Genoegen." Azizi wijst erop dat er in 2015 wereldwijd zestig miljoen mensen op de vlucht waren. Ter vergelijking, in 2013 kwam het aantal vluchtelingen voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog boven de vijftig miljoen. "Je kunt het niet als een ver-van-mijn-bed-show aanschouwen, het is een probleem waar we allemaal mee te maken hebben."