Chinook Rijk en Annet Hin.
Chinook Rijk en Annet Hin. Foto: Jeroen van Hattum

'Geen zeggenschap meer in wat je doet'

Niet meer zelf bepalen wat je kunt doen, verlies van privacy en op een gegeven moment ook vrijwel niets meer omhanden hebben. OSG-leerlingen Chinook Rijk (17) en Annet Hin (17) ondervonden het allemaal tijdens een verblijf van 24 uur in een cel.

De twee VWO-eindexamenleerlingen uit Oudeschild en Den Burg lieten zich voor hun profielwerkstuk voor school 24 uur lang opsluiten om aan den lijve mee te maken hoe het is om in de gevangenis te zitten. "We wilden ervaren of het vooroordeel dat een gevangenis een hotel is echt waar is." Het plan leek na diverse afwijzingen van gevangenissen weinig kans van slagen te hebben, totdat een politiebureau in Apeldoorn onverwacht belde dat ze welkom waren.

De twee kregen eerst een rondleiding door het cellenblok en werden vervolgens als echte arrestanten behandeld. "We werden gefouilleerd, moesten onze telefoons en armbanden en zo inleveren en ook onze schoenen. Daarvoor kregen we slippers in de plaats." Annet en Chinook gingen om half elf 's ochtends apart van elkaar een cel in en bleven daar tot de volgende ochtend met uitzondering van drie keer twintig minuten luchten. De cellen waren ongeveer twee bij drie meter groot en hadden een bed met een harde matras, een stoel, een tafeltje en een wc. Een leesmap bracht enige afleiding, maar de bladen waren op een gegeven moment ook wel van boven tot onder doorgespit. Chinook: "Je merkt dat je geen zeggenschap meer in wat je doet. Een ander bepaalt voor jou wanneer je mag luchten, wanneer je kan eten en wanneer je mag douchen. Als je het licht aan of uit wil hebben, moet je dat ook vragen."

Annet dacht dat het mee zou vallen om vrijheden en privacy in te leveren, maar het viel tegen. "Ik begon uit te kijken naar de momenten dat de bewakers een kopje thee door het luik gaven. Dat werden de lichtpuntjes van de dag." Chinook: "Alles wat je doet, ga je heel bewust doen. Je pakt bijvoorbeeld heel bewust een bekertje water, terwijl je zoiets normaal bijna ongemerkt doet." Het niet hebben van een telefoon werd ook gevoeld. "Je kunt niet even wat kijken als je dat wil." Het beeld dat een gevangenis een hotel is, ging in ieder geval aan diggelen. Het eten viel evenmin mee. De twee kregen 's avonds een magnetronmaaltijd van rijst met kerrie en kneiterharde doperwten. Annet kreeg amper een hap door de keel en Chinook deed bewust drie kwartier over de maaltijd. "Ik eet nogal veel en na de warme maaltijd kreeg je niets meer, dus ik heb zo lang mogelijk over die maaltijd gedaan." Chinook deelde de nachtelijke uren deels met het gesnurk van iemand in een cel naast haar ("het was nogal gehorig"). Annet kon amper de slaap vatten. "24 uur was ook echt 24 uur." Het was echter een ervaring die ze geen beiden hadden willen missen.

Met de videocamera werd het nodige vastgelegd voor het profielwerkstuk. Annet en Chinook hielden een genuanceerd beeld over aan de 24 uur cel. Chinook: "Ik dacht eerst dat je iemand gerust twintig jaar cel kunt geven, maar eigenlijk is het feit dat al je vrijheden je worden ontnomen al een straf op zich." Het opgesloten zitten, leerde de twee leerlingen ook dat een humane behandeling van gevangen belangrijk is. "Je merkt dat het prettig is als een bewaker je als mens blijft behandelen en geen onderscheid maakt in wat iemand gedaan heeft."