Het protocol voor de duikers en het Texels maritiem erfgoed wordt getekend.
Het protocol voor de duikers en het Texels maritiem erfgoed wordt getekend. Foto: Jeroen van Hattum

Duikers slaan handen ineen voor erfgoed

Voorheen mochten sportduikers wettelijk geen erfgoed boven water halen. Tot eind 2016 mogen sportduikers van Duikclub Texel dat bij wijze van proef wel om bedreigd erfgoed op de zeebodem voor de Texelse kust voor de toekomst te behouden.

Dat is in het kort de strekking van het protocol dat Duikclub Texel, de provincie Noord-Holland, de gemeente, Kaap Skil, het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en Kaap Skil in Oudeschild vrijdagochtend met elkaar tekenden. Een uniek protocol. In het algemeen worden de regels voor sportduikers strenger als volgend jaar de nieuwe Erfgoedwet van kracht wordt. Voor sportduikers van Duikclub Texel worden de mogelijkheden juist verruimd. Als zij tijdens het duiken onder water merken dat erfgoed op de Texelse zeebodem verloren dreigt te gaan, kunnen ze nu bij de provincie aan de bel trekken. Volgende stap is dat de sportduikers bedreigde spullen boven water mogen halen, de vondst registreren en vastleggen in welke omgeving het materiaal zich bevond. Tot voorheen was dat alleen voorbehouden aan maritiem archeologen van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. De provincie wordt vervolgens eigenaar van wat er boven komt en in de praktijk zal het erfgoed zo veel mogelijk naar Kaap Skil in Oudeschild gaan om publiekelijk te worden geëxposeerd.

Het protocol is een uitvloeisel van het coalitieakkoord dat de politieke partijen in Noord-Holland in mei 2015 met elkaar sloten. Op aandringen van D66 en de PvdA op Texel is daarin specifiek aandacht besteed aan onderwaterarcheologie. Tijdens de ondertekening van het protocol bij Kaap Skil kwam nog eens duidelijk naar voren dat met name voor de Rede van Texel een historische rijkdom aan gezonken schepen ligt, onder meer uit de tijd van de VOC toen veel schepen op de Rede van Texel voor anker gingen. Gedeputeerde Ralph de Vries van Noord-Holland, vrijdag nog in functie en maandag compleet onverwacht afgetreden als provinciebestuurder, sprak van de identiteit van Noord-Holland die voor de kust ligt. De provincie heeft voor de proef, die dertien maanden duurt, een bedrag van €270.000,- uitgetrokken. De gemeente heeft via de begroting €50.000,- beschikbaar gesteld. Mocht er een vervolg komen op de proef, dan kan de provincie er zes ton voor op de begroting zetten. Tijdens de ondertekening werd er niet aan voorbij gegaan dat professionele duikers en sportduikers door het verschil in wat ze wettelijk mochten voorheen nog wel eens met elkaar in de clinch hebben gelegen. Tegelijkertijd werd het vertrouwen uitgesproken dat het moet lukken om volgens het protocol op een nieuwe manier met elkaar samen te werken. Een punt waaraan nog gewerkt moet worden, is de vraag hoe om te gaan met spullen die sportduikers door de jaren heen al boven water hebben gehaald om te voorkomen dat ze verloren zouden gaan. Wethouder Eric Hercules gaf aan dat voor die vondsten nog een geschikt nulpunt moet worden gevonden. Veel vondsten die de sportduikers voor de Texelse kust deden, worden al geëxposeerd in het museum aan de Heemskerkstraat. Jac Betsema uit Oudeschild, die al sinds de jaren zeventig duikt, maakte onomwonden duidelijk dat de sportduikers in de praktijk zien hoe de zeebodem in beweging is en hoe snel een blootliggend scheepswrak en bijbehorende spullen door zaken als stroming en paalworm definitief verloren kunnen gaan als er niet bijtijds actie wordt ondernomen.