Anton van der Vis.
Anton van der Vis. Foto: Familie Van der Vis

In Memoriam: Anton van der Vis, patat, hard werken en humor

Ondernemend, hard werkend, buitenmens en humor. Het is van toepassing op Anton van der Vis. Maandag overleed hij op 75-jarige leeftijd.

Geboren in 1939 in 't Vogelhuis in De Koog, toen nog een familiepension. Derde uit een gezin van vijf. Moeder deed het pension, vader was smid. Ging naar de ambachtsschool in Den Helder en later als banketbakker aan het werk bij bakker Kikkert in de Weverstraat (later Ofrein). Maar hij wilde kok worden en volgde in Groningen een opleiding. Om daarna met zijn zus Corrie en moeder het familiepension te runnen. Aan de andere kant van de Dorpsstraat begon broer Paul een patatzaakje: Paultje Patat, Automatiek PP. In 1972 ruilden de broers: Paul, toen getrouwd, ging het pension doen, Anton stak over naar de snackbar. Toen nog een piepklein zaakje, maar na een jaar bouwde hij nieuw en voor die tijd bijzonder luxe. Hij runde het bedrijf alleen, totdat de Duitse Elgin op zijn pad kwam en de vonk oversloeg. De liefde van zijn leven, voortaan leidden ze het bedrijf samen. Tijden veranderden en ze gingen mee in de vaart der volkeren. Eind jaren tachtig gingen bedrijf en woning weer rigoureus op de schop. Klanten bleven trouw. Menigeen die er als kind al om een patatje kwam, keerde jaren later terug met de eigen (klein-)kinderen. ''Hallo, daar zijn we weer!'', hoorden ze regelmatig. Het harde werken was Anton met de paplepel ingegoten, als het even rustig was in de zaak, pakte hij een doek en sloeg aan het poetsen. ''Je kon er niet binnen stappen, bij Anton was het altijd alles blinkend schoon'', vertelt broer Paul. Zoals hij ook zijn tuin onberispelijk bijhield, toen hij na zijn pensionering met Elgin aan de Pijpersdijk ging wonen. Werken, lekker buiten, het liefst met het zweet op de rug. Pas wanneer alles netjes was, gunde hij zich de rust om ervan te genieten. Je kon hem ook vaak op de fiets of wandelend tegenkomen. Zijn humor nam hij mee, tot het eind. ''Geen dag dat we niet gelachen hebben.''