Ongezouten

Kemphanen

Hoe kleiner het eiland, des te groter de afstanden. Althans, dat lijkt zo. Dat ervaren we zo. Dat voelt zo. Stel dat je in Amsterdam woont en je gaat naar een voorstelling in Carré. En je woont tien kilometer van het theater af. Dat is een peuleschilletje. Dat doe je op de fiets. In een half uurtje. Want verkeerslichten en fietsen gaan niet samen. Zeker niet in Amsterdam, waar de fietser aan de macht is. Je kan ook de tram pakken. Alles behalve de taxi natuurlijk. Als je die neemt, kom je na de pauze aan en ben je gelijk straatarm. Tien kilometer op Texel wordt totaal anders ervaren. Terwijl, als je een wind laat in Den Hoorn, deze te ruiken is in de vuurtoren. In Oosterend springen spontaan de kozijnen uit hun voegen. En in De Koog hangen acuut alle tulpen op half zeven. Van enige overdrijving is wellicht sprake, tenzij die wind orkaankracht heeft. Manlief draait er zijn hand niet voor om. Laat staan zijn achterwerk. Tien kilometer op Texel. Daar moet je niet aan denken. Dan ben je ruimschoots achter de Rugediek. Stel je voor dat je verdwaalt. Straks eindig je in het drijfzand. Neem je paspoort maar mee als je aan zo'n verre reis begint. Maar je mobieltje kan je thuislaten, want je hebt toch geen bereik in die negorij. Wat je dus krijgt is dat de dorpsgemeenschappen een hecht geheel gaan vormen. Het enige wat ontbreekt zijn de slagbomen. Woon je in het grootste dorp, heb je geluk. Dan heb je alle voorzieningen op loopafstand. Maar voor hetzelfde geld woon je in een uitstervend dorp. Waar het spookt. Er is geen school. Geen supermarkt. Of nog erger, geen kroeg. Hoogtepunt van het jaar is de playbackshow. En de toneelavond, met bal na. Huizen staan jarenlang te koop. Het enige dat er staat, is een kerk. Soms zelfs meerdere. Jonge gezinnen gaan een deurtje verder. Ouderen idem dito. Totdat blijkt dat ook het grootste dorp beschikt over schijnvoorzieningen. En doet aan schijnveiligheid. Zoals nu met het verdwijnen van kinderopvang De Buitelboet in Den Burg. Dan buitelen alle betrokkenen boetevol over elkaar heen. Als een stelletje kemphanen. Logisch, want kennelijk hebben instanties en personen zitten slapen. De buitendorpen grijpen nu hun kans. Die willen de ontgroening en vergrijzing een halt toeroepen. En zo kan deze nachtmerrie wellicht eindigen in een sprookje. Waarbij er een wereld open gaat. Bij wijze van spreken dan. Al blijft het natuurlijk vreselijk rot voor het personeel en de kinderen. En die tien kilometer? Ach, de kids worden gehaald en gebracht. En krijgen zwemles bovendien. Wat een feest. Texel: klein blijven door groots te denken.

Annie@texelsecourant.nl