Oplopende spanning binnen en buiten de muren van het NIOZ na de schorsing en de ontslagaanvraag van Herman Ridderinkhof.
Oplopende spanning binnen en buiten de muren van het NIOZ na de schorsing en de ontslagaanvraag van Herman Ridderinkhof. Foto: Ton Zegers

'Overspannen reactie op verkeerde moment'

''Een tamelijk overspannen reactie op een verkeerd moment", zegt Prof. Dr. W.P.M. de Ruijter over het besluit van het NIOZ Herman Ridderinkhof te schorsen. De Ruijter treedt daarom terug als voorzitter van de wetenschappelijke begeleidingscommissie.

De schorsing van de adjunct-directeur, die gisteren onder druk van de rechter zijn werk weer mocht hervatten, heeft veel losgemaakt. In een brief aan het NIOZ schrijft De Ruijter hoe hij als voorzitter van de International Scientific Advisory Board (de commissie die wetenschappelijk advies uitbrengt) van het NIOZ de afgelopen periode door wetenschappers van binnen en buiten het NIOZ is benaderd vanwege hun grote zorg over de toekomstige ontwikkeling van het NIOZ en het huidige functioneren van het instituut. ''Internationaal was er grote zorg om het wegvallen van prof. dr. Herman Ridderinkhof als onmisbare schakel en centrale wetenschapper in enkele grote onderzoeksprogramma's. Het schorsen van Herman Ridderinkhof was een belangrijk teken omdat hij staat voor een duidelijke inhoudelijke koers. Kort samengevat was de zorg dat het zeegaande onderzoek, de core business van het NIOZ, sterk onder druk kwam en de multidisciplinaire basis teveel zou versmallen. Ridderinkhof is een groot voorstander van de zeegaande koers en wilde dat in de discussie helder naar voren brengen. Hij voelde zich blijkbaar zwaar gefrustreerd en niet gesteund om zijn inbreng over het voetlicht te krijgen en heeft dat in het MT op een weinig diplomatieke manier geventileerd.'' Die toespraak was de aanleiding tot zijn schorsing. ''Een belangrijk kenmerk van volwassenheid is het vermogen tot zelfbeheersing, zodat in situaties van grote spanning geen escalaties optreden en verschillen van inzicht professioneel kunnen worden behandeld. Dit geldt zowel voor individuen als organisaties. Het NIOZ is er klaarblijkelijk niet in geslaagd een voldoende sfeer van open communicatie te creƫren waarin de discussie over het toekomstige NIOZ op basis van argumenten beheerst kon worden gevoerd. (...) Hier is de organisatie niet in staat gebleken om de ernst van de situatie tijdig in te schatten en de-escalerende maatregelen te nemen. De discussie was namelijk nog gaande, moest in feite nog starten en een directielid kan en mag een eigen eventueel afwijkende visie stevig neerzetten. Pas als een besluit is genomen en hij zich er niet mee kan verenigen zal een directielid zijn positie nader moeten overwegen, maar niet op voorhand. Ten onrechte werd Ridderinkhof zo de mond gesnoerd en naar huis gestuurd. Deze reactie van directie en bestuur werkte escalerend. Die door het NIOZ gegenereerde escalatie heeft intussen plaatsgevonden. Een zinloze keten van reacties, die in deze fase had kunnen, en moeten, worden onderbroken. (...) Het moge duidelijk zijn dat ik hier geen deel van kan en wil blijven uitmaken. Ik treed dan ook per direct terug als voorzitter van de wetenschapscommissie.''

Omdat de problematiek rond adjunct directeur prof. Herman Ridderinkhof volgens het NIOZ van persoonlijke aard is en is voorgelegd aan de rechter, vindt het NIOZ dat terughoudendheid in deze zaak gepast is en acht het niet juist om dit proces via de media te voeren. Voor het overige deel van de reactie van het NIOZ verwijzen we naar het artikel op de voorpagina. Daarin reageert het NIOZ ook op de ingezonden brief vorige week van Roel Riegman.