Lentetuin

De lente is in aantocht, als het even zonnig is begint het te kriebelen bij de vogels en de tuinders. Ze slepen en vliegen met takken dat het een lieve lust is. Snoeien doet groeien, in de straat wordt er lustig op los gefloten. Ik denk een vink te horen, maar het is een vlijtige poetser bezig met de stofzuiger in de kattenbak. En zo te zien heeft hij net zijn gras mat gemaaid. "Zo, dat noem ik nog eens een vroege vogel. Wat heb jij je gazon al netjes!" Bescheiden wuift hij het compliment weg en begint over wat anders. Hij heeft mooie hyacinten in de tuin gepoot, een hele regel en aan de zijkant bloeien de sneeuwklokken en krokussen vrolijk door elkaar. "Mijn complimenten hoor". Ik zie een bonte skimmia, mooi in zijn tooi. Van iedere tuinman kun je iets leren. Woensdag was de opening van de Lentetuin in Breezand, veel bollenboeren en andere vrijwilligers hebben hun uiterste best gedaan om zo goed mogelijk voor de dag te komen. Prachtige bloemstukken en mooie combinaties, met als thema 200 jaar Koninkrijk, kregen een vorstelijk tintje door de komst van Willem Alexander. Hij hees onze driekleur en er werd een tulp gedoopt: "Koninkrijk der Nederlander". Een mooi gegeven, ooit waren de tulpen een vermogen waard, in de Gouden Eeuw, rond 1634, was de waarde soms net zo hoog als een grachtenpand in Amsterdam, het was de Tulpomanie, een zogeheten bubbel in de economie. Nog is Nederland kenmerkend om zijn pracht in de bollen. Het is geweldig om de percelen in verschillende geuren en kleuren te zien bloeien. De VS zijn de grootste afnemer van onze bollen, en 55 procent daarvan is de tulp. Een bosje ging ermee in de kattenbak voor ons aller Maxima. Ik kreeg deze week een dubbele lange bos en geniet van de grote groeiende ruiker in de Keulse pot op de keukentafel. Vanmiddag ga ik met schoonmoeder de tuin bezoeken, het inspireert altijd weer, het gevoel van voorjaar, het licht en lengen van de dagen, de winter en donkerte voorbij. Bij mij in de tuin komen ook puntjes boven de grond, sneeuwklokken bloeien en de narcissen zijn blij dat de regenbuien eindelijk voorbij zijn. Ik heb parkiettulpen geplant in de herfst, ik ben er gek op, ze zijn kostbaar, maar erg decoratief, ook op de vaas. Parkieten zijn prachtig, de tulp heeft zijn gekartelde jas met vaak felle kleuren te danken aan deze vrolijke vogel. In Amsterdam en naar ik begrepen heb ook andere parken in de grote steden, vliegen er steeds meer parkieten in het wild. Het schijnt dat in het Vondelpark vooral de groene grappenmaker zich driftig voortplant. Misschien een idee? Tegenover ons is bos genoeg, ik ga mijn licht eens opdoen, een beetje geel met rode parkiet, we dopen hem de "Koninkrijk der Nederlander''. Maar eerst ga ik een weekje skiën. Ik heb gekke gekleurde mutsen gekocht met belletjes en punten. Nederlanders joelend en jodelend op de piste, we blijven vreemde vogels. Tot gauw.

Jozien