Schrama en Beverdam op stoot

Biljarters Harry Schrama en Hans Beverdam sleepten de titel binnen over de tweede periode in de competitie libre bij biljartvereniging DVO. Schrama was de sterkste in de maandag poule en Beverdam stelde de laatste donderdagavond zijn titel veilig.

Hans Beverdam stond aan het begin van de laatste avond een straatlengte voor op zijn directe belager Roel Terpstra. Omdat Beverdam maar 1 partij kon spelen en Terpstra er nog drie voor de boeg had was er nog niets zeker. Vooral toen Beverdam zijn enige partij tegen Kick Smit verloor gloorde er hoop voor Terpstra. Na winst op Wim van Aperlo zetten Adrie Barhorst en Theo Kemper Roel Terpstra de voet dwars. Vooral de partij tegen Theo Kemper had een spannende ontknoping. Kemper scoorde met een serie van 5 zijn 17 te behalen caramboles vol en liet Roel op 2 punten van de finish stranden. Zo bleef Hans Beverdam Roel Terpstra met een scoringspercentage inclusief winstbonus van 106 procent slechts twee procent voor en pakte hij de titel. De algemene ranglijst wordt ook door beide biljarters aangevoerd, maar nu is de volgorde net andersom. John Sessink en Hans Beverdam produceerden beide een hoogste serie van 18 caramboles in één beurt, waarbij Sessink tegen Jan Bakker een persoonlijke moyenne van 3,88 behaalde. In de maandagpoule kon Harry Schrama niet aantreden en moest afwachten hoe de mede kanshebbers Arie de Veij en Jack Bruin het zouden doen. Bruin had met 107 procent de beste papieren, gevolgd door de Veij. Schrama stond daar net onder met een scoringspercentage van 105 procent. Koploper Bruin was goed op weg door knap te winnen van Cor Rood en Gerard van der Kooi, maar Gijs Berger speelde tegen Jack zijn 42 caramboles in 14 beurten bij elkaar. Daarna deelde Adri Rentenaar een beslissende tik uit door zijn partij tegen Jack in 20 beurten te winnen. Hierdoor duikelde Bruin onder het bestaande scoringspercentage van Harry Schrama (105%). Arie de Veij speelde vier partijen en mocht niets verliezen. Hans van Zeijlen, Cees Bonne en Cor Rood werden verslagen, maar nestor Wim Vendel vond het genoeg en bezorgde Arie in 20 beurten een noodlottige nederlaag, waardoor Arie de Veij met een score van 104,6 procent genoegen moest nemen en de titel ging alsnog naar Harry Schrama. Vermeldenswaardig was de serie van 32, waarmee Wim Vendel zijn partij tegen Caecilia Roeper uitspeelde. Frans Bik stuntte tegen Adri Rentenaar met een slotserie van 92, waarmee de partij in drie beurten werd beslist.