Monika en Willem Boon met een deel van de bloemen die ze kregen nadat ze na hun avontuur op zee weer veilig thuis arriveerden.
Monika en Willem Boon met een deel van de bloemen die ze kregen nadat ze na hun avontuur op zee weer veilig thuis arriveerden. Foto: Gerard Timmerman

Texelaars overleven nachtmerrie

Ruim een etmaal dobberend op een brandend schip, met overal rook, in vliegende storm, regen, kou en metershoge golven, zonder reddingsmiddelen. Een horrorscenario, dat werkelijkheid werd voor Monika en Willem Boon. Gelukkig kunnen ze het navertellen.

Het is zondagmiddag en niet voor het eerst staan ze de pers te woord. Interviews met het tweetal verschenen in allerlei kranten en op tv. Monika werd meteen na haar redding in Italië al door de pers 'besprongen' en kwam zelfs op de tv in Oostenrijk, haar geboorteland. Monika: 'We vinden het niet erg ons verhaal te vertellen. Het is misschien ook een stukje verwerking.' De proces lijkt nog niet achter de rug. Willem: 'Als ik 's nachts wakker word, dan lukt het slapen daarna niet meer. Dan komt de film weer voorbij.'

Die 'film' begon zondagmorgen rond 5.00 uur, in hun hut op veerboot Norman Atlantic waarmee ze vanuit het Griekse Patras na een verblijf van ongeveer drie maanden nabij hun dochter Aphrodite naar het Italiaanse Ancona zouden varen. Het liep allemaal anders. Willem: 'Ik moest even naar toilet en rook een typische lucht, net verbrande verf of verschroeid haar, geen normale brandlucht. Monika werd ook wakker. ''Ruik jij dat ook?'' Ik had het nog nauwelijks gezegd, of ik hoorde dat er over de gang werd gelopen. ''Bieb, bieb, bieb, fire'', klonk het. Er was inderdaad brand.' Er was weinig tijd. Willem: 'Monika in pyjama en zelf had ik snel een broek en een fleecetrui aangeschoten. 'Ik wilde nog wat spulletjes pakken, maar het licht deed het niet. Ik heb de deur nog op slot gedaan, ik heb de sleutel nog', laat hij hem zien.

Tijdens een eerder verkenningsrondje had ik een deur met een bordje 'Crew only' open zien staan. Maar die zat nu op slot. Toen zijn we naar dek zes gegaan en daarna naar dek vijf. Iemand deelde zwemvesten uit en die hebben we gepakt. Buiten zagen we dat het regende en er stond eens stevige wind, kracht vijf of zes. We zagen mensen bezig met een reddingssloep, er gingen ook mensen in. Ik dacht: we kunnen proberen voor te dringen, maar er hingen ook nog dinghy's dus dacht: we wachten wel op onze beurt. In de verte zagen we een vrachtschip komen, de reddingsloep voer daarheen. Er waren mensen in de weer om een dinghy neer te laten, maar dat lukte niet. Er werd ook een soort koker neergelaten, waarmee je er in kunt komen. De dinghy dobberde beneden, maar er gingen geen mensen in. Er plopte ook een tweede open. Ik zag de eerste wegdrijven en dacht: shit, dat is stom. We kennen allemaal de film over de Titanic, misschien zinkt dit schip ook wel. Er stond veel rook aan dek en we hoorden in het schip luide knallen, waarschijnlijk exploderende tanks. Er stonden ook een stuk of 25 vrachtwagens met olijfolie aan dek. Nou, dat wil wel branden. Knallen zó hard, het hele schip trilde als een vulkaan. Uit de luiken zagen we vlammen komen en het schip begon slagzij te maken. Bij het neerlaten van de tweede dinghy hielp ik aan het touw trekken. Waarom maken ze hem niet vast met een lusje, dan drijft hij niet weg? Maar we zagen hem toch wegdrijven. Ik had zoiets van: we wachten af of we springen overboord en proberen in die dinghy te komen. Ik zei: ''Kom op Monika, we springen.'' Maar Monika wilde niet. Zij: 'Ik durfde niet.'' Willem: 'Ik stond al aan de andere kant van de reling, maar Monika pakte me aan mijn broekriem. Hoe zo'n klein grietje het klaarspeelde om zo'n grote vent als ik op te hijsen, snap ik nog steeds niet. Maar feitelijk heeft ze daarmee mijn leven gered. Ik zag iemand anders overboord springen en die heb ik zien verdrinken. Het was ook een eind naar beneden, de wind was aangetrokken richting kracht tien, er hing zo'n witte waas over het water, golven van zes tot acht meter hoog met enorme schuimkoppen. Er kwamen twee reddingboten, maar die konden er niet bij. We zagen ook een blusboot, die spoot er lustig op los. Een enorme straal met veel power, mensen gingen zelfs ondersteboven. Dat bootje zag je tussen de golven verdwijnen, kleine poppetjes op het achterdek, die over het schip rolden. Ik dacht aan mijn vader Arie Boon, die schipper was op de reddingboot. Nu begrijp ik wat hij meemaakte.'

'De combinatie van regen, wind en bluswater maakte dat het op dek stervenskoud was. De rook werd steeds dichter, het dek werd heter en de verf begon te bladderen en te branden. Monika liep eerst op blote voeten, maar trok later haar laarsjes aan. Af en toe kwam er een helikopter, maar die konden weinig uitrichten. Eentje van de kustwacht wist een paar mensen van boord te halen. Het zijn grote dingen, waar wel twintig mensen in moeten kunnen. Maar er werden er maar drie opgetakeld en dan gingen ze weer. In de loop van de middag (zondag) ging de wind gelukkig iets liggen. Ik dacht: nu kunnen ze tenminste twintig man optakelen of met sloepen mensen van boord worden gehaald. Maar er gebeurde niets en we kregen geen informatie. 'Geen water, geen dekens, helemaal niets', vertelt Monika. Willem: 'Tegen de avond kwam er een marinehelikopter, die haalde meer mensen van boord. Wij waren intussen naar het topdek gegaan, van waar de mensen werden opgehesen. Er stond een verstikkende rook en mensen drongen voor.' Er zat niets anders op dan te wachten. Monika: 'Ik had het ontzettend koud. Op een gegeven moment was ik alleen nog maar in staat om over het dek te kruipen.' Willem: 'Ik had mijn fleece en broek aan, die relatief snel opdroogden. Maar als ik weer een golf van die waterstraal kreeg, was ik van top tot teen doorweekt. Ik was door en door koud.' Hij gaat staan en begint te schudden alsof het zijn laatste stuiptrekking is. 'Zo stond ik te trillen, echt ik overdrijf niet.' Monika: 'Er werd voorgedrongen, ook mannen, ondanks dat er was gezegd dat vrouwen en kinderen eerst zouden worden gered.' Willem: 'De redding verliep chaotisch. We hoopten met de volgende heli mee te kunnen, maar nadat we drie kwartier tot een uur vergeefs op het topdek hadden gestaan in de rook, zijn we maar eentje lager gegaan. Op een gegeven moment liet de heli drie mariniers op dek, die de redding coördineerden.' Het werd zondagavond. 'Toen kwam de heli niet meer. Pas rond middernacht kwam hij weer terug en begon de evacuatie goed op gang te komen en gingen per keer vijftien tot twintig mensen mee.' Maar ook best heftig. Monika: 'Dan sta je daar met zo'n enorm ding vlak boven je. Als het schip op een golf omhoog komt, is hij helemaal dichtbij. Een enorme herrie en wind, je waait gewoon om.' 's Nachts om drie uur was het eindelijk haar beurt en werd ze omhoog gehesen. Dat was geen prettige ervaring. 'Het reddingsvest zat heel beroerd, toen ik naar boven werd gehesen, werd mijn adem afgeknepen en dacht ik een fractie van een seconde dat ik er was geweest.' Maar ook dat hachelijke moment overleefde ze, waarna ze met de heli naar veiliger oorden werd gebracht. 'In het ziekenhuis vroegen ze naar mijn papieren. Ik had natuurlijk helemaal niets.' Ze kreeg andere kleren, niet allemaal op maat. Ze toont een schoen, een herenmaat. 'Er werd onder meer bloed afgenomen en ik kreeg een injectie tegen rookvergiftiging.' Terwijl ze haar relaas doet, moet ze nog af en toe hoesten. Willem heeft minder last: 'Ik heb steeds met een natte lap voor mijn mond gezeten.' Willem: 'Nadat Monika weg was gebracht, duurde het eerst lang, maar later kwamen de heli's steeds sneller terug. Later bleek dat de passagiers toen op een marineschip werden afgezet, waar de heli kon landen.' Naarmate de tijd verstreek verslechterde de situatie aan boord van de veerboot. 'Mensen lagen meer dood dan levend aan de kant. Af en toe drongen kerels met warme, waterdichte jassen luid schreeuwend voor en werden nog omhoog gehesen ook. Ik hoorde later dat mensen geld hebben geboden. Ik had ook geld bij me, maar dat vertikte ik.' Hij trekt een biljet tevoorschijn, dat nog naar rook stinkt. 'Ik stapte wel naar voren en zei tegen een marinier: ''Moet je mij nu kijken.' Maar ik werd ruw aan de kant geduwd. Uiteindelijk hadden twee anderen het wel door en mocht ook de heli in. Toen had ik 25 uur op het schip gezeten. Op het marineschip werd ik goed opgevangen, kreeg droge kleren, thee en koekjes. Wel duurde het lang voordat ik weer gevoel in mijn voeten kreeg. Er werd gezegd dat we aan het begin van de middag naar Brindisi zouden worden gebracht, maar uiteindelijk heb ik bijna twee dagen op dat schip gezeten.' Lange tijd was er geen communicatie mogelijk. Willem: 'Ik moest er maar vanuit gaan dat Monika veilig was.' Monika: 'Het duurde heel lang voordat ik wat over Willem hoorde.' Willem: 'Aan boord kon ik op een gegeven moment Aphrodite bellen.' Eindelijk op de haven, werd hij opgewacht door Monika. Ze omhelsden elkaar. Daarna naar het hotel en uiteindelijk in vliegende vaart naar huis, waar ze nu hun verhaal doen. Willem: 'Er is aan boord zóveel misgegaan. Geen communicatie, sprinklers die het niet deden, brandslangen waar geen water uit kwam, bemanning die geen signaalkleding had, ze wisten niet hoe de reddingsmiddelen werken en ga zo maar door. Misschien neem ik nog wel eens contact op met de reddingsmaatschappij, om ze wat tips te geven. Signaalkleding voor de bemanning is bijvoorbeeld cruciaal.' Voor wie op een soortgelijke veerboot stapt, heeft hij nog een tip. 'Zet in je hut een tas klaar met daarin je belangrijkste dingen, zodat je die in geval van nood snel kunt pakken. Wij hebben niets meer. Papieren, telefoons en andere apparatuur is nog tot daar aan toe, maar sommige dingen zijn onvervangbaar. Zoals een ring van Monica, een erfstuk van mijn oma. Die heeft ze gekregen van Grisha, een Georgiër aan wie ze onderdak bood. Daar zit een verhaal aan vast.' Het vergt nog veel telefoontjes om zaken te regelen. Het zal nog wel een nasleep krijgen. 'Verzekeraars zullen hun krachten wel gaan bundelen en de kans bestaat dat we worden benaderd door letselschadeadvocaten.' Ze zijn er nog lang niet mee klaar. Monika: 'Het was een nachtmerrie.' Willem: 'Ik ben begonnen om alles op papier te zetten, ik denk dat ik er wel een heel boek over kan schrijven.' Het huis staat vol bloemen. Tijd voor een foto: Monika trekt een vies gezicht: 'Willem, je haar stinkt nog naar rook.'

Willem, je haar stinkt nog naar rook

Gerard Timmerman

Interviews verschenen in tal van kranten en op televisie.