Sanny Grisnigt met de labrador Henk, die gek is op pleegzoon Randy (midden). Recht Ids, links Bob. De foto's zijn drie jaar geleden genomen.
Sanny Grisnigt met de labrador Henk, die gek is op pleegzoon Randy (midden). Recht Ids, links Bob. De foto's zijn drie jaar geleden genomen. Foto: Gerard Timmerman

'Bob en Ids zien Randy echt als hun broertje'

'Een hartstikke leuk ventje. We beleven veel plezier aan hem en houden net zoveel van hem als van Bob en Ids.' Dat zegt Sanny Grisnigt uit Oudeschild over haar pleegzoon Randy, die zij en haar man Rick drie jaar geleden in huis namen.

De foto's aan de muur staan symbool voor de plaats van het 7-jarige jongetje in het gezin: midden tussen Bob (14) en Ids (12). 'Bob en Ids zien Randy echt als hun broertje. Natuurlijk worden we wel eens gek van hem, maar met welk kind is dat niet zo?'' Drie jaar geleden namen ze hem in huis. Sanny: 'We zeiden: Een kleintje er bij zou leuk zijn. We hebben een zwak voor kinderen die het niet zo goed hebben getroffen. Waarom zouden we die niet helpen? We gaven ons op en werden gebeld. ''Hebben jullie plek voor een kleuter?' Ja, dat hadden we. Hij moest acuut het huis uit en het was meteen duidelijk dat hij bij ons zou blijven. Best raar om naar de boot te rijden en daar een kind met een teddybeer en een zakje kleding af te halen. We hebben zijn kamer wit gelaten, zodat hij zelf de kleuren kon kiezen. Vooraf waren we wel gescreend en hebben we een cursus gevolgd. Daar leer je wat het precies inhoudt en word je op het pleegouderschap voorbereid. Het is belangrijk dat je als gezin een stevige basis hebt en dat iedereen er achter staat. Zijn broertjes, onze vrienden en ouders. Als zij hem niet zouden accepteren, hebben wij een probleem.' Hoe verliep dat die verhuizing? 'De overgang naar een ander gezin is natuurlijk geen feessie, afschuwelijk voor een kind. Ik snap dat ook, je wordt zo uit je vertrouwde omgeving geplukt. Wat je als pleegouders kunt doen is door heel veel vertrouwen en liefde te geven en veel geduld te hebben het kind te laten hechten en het zich thuis te laten voelen. Je moet het vooral niet alleen willen doen. Ik zou zeggen: accepteer elke hulp die je kunt krijgen. Het is fijn dat er goede mensen en instanties zijn die je willen helpen. Een sportleraar doet bijvoorbeeld 'rots en watertraining' met hem, waardoor Randy weerbaarder wordt en meer inzicht krijgt in zijn eigen gedrag. Zo groeit het vertrouwen, vooral in zichzelf. Een psycholoog begeleidt hem om met het feit om te leren gaan dat je ouders niet voor je kunnen zorgen.' Hoe gaat het nu, drie jaar later? 'Randy is echt één van ons. We hebben drie zoons, ze zijn ons allemaal even lief. Als gezin zijn we er sterker van geworden. Randy wilde graag een pup en we hadden gelezen dat kinderen met een trauma daar erg van opknappen.' Die pup is inmiddels uitgegroeid tot een grote lobbes: Henk. 'Die is zó gek op hem. Als Randy verdrietig is, dan komt Henk hem opvrolijken.' Want ondanks de warmte en de liefde, blijven er momenten van verdriet. Randy heeft een goede intelligentie, maar het is soms best lastig als je hoofdje zo vol zit. Gelukkig wordt hij begeleid door Triversum, dat gespecialiseerd is in kinder- en jeugdpsychiatrie. Hij zit op voetbal en unihockey, zo proberen we hem de kneepjes van de socialiteit mee te geven. En de mensen van zwembad Molenkoog, waar hij z'n zwemdiploma heeft gehaald, verdienen een gouden lintje. Randy heeft het naar zijn zin op school en is dol op juf Frouwke en Nicoline. Maar soms is het lastig. Vooral de weerslag na het bezoek van ouders is groot. Waardoor Randy enige tijd nodig heeft om tot rust te komen. Je moet elke stap als positieve groei zien. En soms ga je een stapje terug...' Ten slotte: 'Ik hoop dat meer mensen zo'n groot hart hebben om een kind op te vangen en met Parlan in gesprek gaan over pleegzorg.'