Ad van Emmerik van zydeco band Allez Mama, die optrad in De Lindeboom.
Ad van Emmerik van zydeco band Allez Mama, die optrad in De Lindeboom. Foto: Gerard Timmerman

Blues van alle tijden

Volle zalen en cafés in Den Burg, waar dit weekend de 27ste editie van Texel Blues werd gehouden. Blues blijft overminderd populair, ook onder jongeren, die een frisse verschijning vormen tussen de traditionele leren jassen en houthakkershemden.

Ook zondagavond, toen Smokin' Caddilac en hoofdact 'Blues Boy' Dan Owen in Question Plaza het festival afsloten, was het druk. Niet het traditionele 'kippenhok' in de zaal, Owen kreeg de meute muisstil en liet zich tussendoor een glas Texels bier goed smaken. 'It tastes goed, but I think its dangerous.' Zijn show deed niet onder voor de verwachting en na afloop liet de 'blues boy' zich gewillig met vrouwen fotograferen.

Blues is van alle tijden, zo bleek maar weer eens. Op Texel al 27 festivals lang en de indruk leeft sterk dat het drukker was dan vorig jaar. Ondanks dat er op elf podia muziek werd gemaakt. Veel bezoekers van de overkant, die er een weekendje Texel aan vast knoopten, precies zoals we dat graag bij evenementen zien. Ze huren immers een hotelkamer of huisje, gaan uit eten, zodat de Texelse economie er een graantje van meepikt. Wie verbleef in Stayokay hoefde de herberg niet uit, daar trad bluesband Professor Bottleneck en Friends op. Succes is niet vanzelfsprekend, menig bluesfestival aan de overkant heeft het onderspit moeten delven. De unieke locatie op Texel maakt wellicht dat het hier anders is. Maar ook de inspanning van de organisatie en de horecabedrijven spreken een woordje mee. 'We trekken er hard aan', vertelt Geert Bosscha van de organisatie. 'Ik denk dat het een mix is. Het unieke karakter van het festival maakt dat mensen bereid zijn ervoor naar Texel te komen. Het doet me deugd om te zien dat het publiek zich aan het verjongen is en dat er ook aardig wat dames rondliepen. Wellicht omdat er ook aardig wat dames stonden te spelen. Met jongere muzikanten proberen we ook een jonger publiek te trekken.'

Volle cafés en zalen, waarbij je niet direct de conclusie mag trekken dat het een goudmijn is. 'Vroeger werd er bij zo'n festival lekker omgezet. Dan vlogen de bladen bier in het rond. Dat is niet meer, je moet ook naar andere manieren zoeken om uit de kosten te komen. Via sponsoring en de passepartouts. Een passepartout voor twee tientjes voor een heel weekend is heel schappelijk, aan de overkant zie je dat wel anders. Op deze manier is het ook voor de exploitanten aantrekkelijk om te doen. En een prachtig stuk reclame.' Bij de organisatie krijgt Bosscha versterking in de persoon van Fred Winkel. 'Het is altijd een hele klus, ongemerkt gaan er veel uurtjes in zitten. Het scheelt dat je tegenwoordig op YouTube filmpjes van de bands kunt bekijken, maar met één filmpje ben je er niet... Het is mooi dat Fred en ik het nu samen kunnen doen. Op naar de 28ste editie.'