Het koor van de katholieke kerk in De Cocksdorp tijdens een repetitie onder leiding van Johan  Ran (rechts). Niet op de foto Netty Hoedjes.
Het koor van de katholieke kerk in De Cocksdorp tijdens een repetitie onder leiding van Johan Ran (rechts). Niet op de foto Netty Hoedjes. Foto: Gerard Timmerman

Durper kerkkoor: klein en hecht

Je ziet ze niet, maar hoort ze des te meer; kerkkoren. Verscholen achter de balustrade luisteren ze de kerkdiensten op. Zoals het koor in de rooms katholieke kerk in De Cocksdorp onder leiding van de onlangs onderscheiden Johan Ran.

Hun plek is achter in de kerk, op het koor, verscholen achter het orgel en de balustrade. Om er te komen moet je een smal steil trappetje op, waar ze in het verste hoekje hun stek hebben gevonden. Een klein koor, maar wel hecht. Dat wekelijks repeteert, ook al is er maar eens in de maand een kerkdienst. 'Dat blijven de stemmen lekker soepel', vertelt koorleider en organist Johan Ran. Die wekelijkse repetities zijn goed voor de onderlinge band. Want in De Cocksdorp beginnen ze niet direct na aankomst met zingen. Eerst spuien ze hun verhalen, en zo hoort het ook. 'Dit koor hangt heel erg aan elkaar. Vreugde en verdriet worden hier gedeeld. Als er eens iets is, dan nemen we daar de tijd voor. Het is wel gebeurd dat het helemaal niet van zingen kwam.' Maar dat is beslist niet de wekelijkse praktijk, ook deze dinsdagavond wordt er nadat ze de krant hebben bijgepraat gewoon gezongen.

Het Durper kerkkoor bestaat uit zeven dames en twee mannen. Eén van hen is Peter van der Gracht, de tenor die al 47 jaar koorlid is, overigens niet de hele tijd in De Cocksdorp eerst een poosje in Oosterend. Als Johan Ran over zijn koor spreekt, noemt hij ze liefkozend 'mijn meisjes''. 'Daar hoort Peter ook bij, en ikzelf, want zelf ben ik de tweede man.' Die ook meezingt, het orgel bespeelt en het koor leidt. Maar ook de muziek uitzoekt. 'Met zo'n klein koor kun je natuurlijk niet wat je met een groep van dertig zangers kunt doen. In dat opzicht ben ik beperkt in mijn mogelijkheden. Maar ik probeer er uit te halen wat er in zit. Soms pak ik een eenvoudig stuk of iets wat we al eens gezongen hebben, maar af en toe moeten ze ook het gevoel hebben dat ze ergens mee bezig zijn. Ik leg wel eens iets op de lessenaar waarvan ze zeggen: Moet dat nou Johan?' Dan klinkt er wel eens wat gesputter. 'Maar hij houdt zijn poot stijf. De wil van Johan is wet', zeggen de dames. Zo hoort het ook, iemand moet de leiding hebben, want als iedereen het voor het zeggen zou hebben, werd het een janboel. Maar als ook die pittige stukken er na verloop van tijd goed in zitten en lekker klinken, overheerst de tevredenheid. Dat hebben ze toch maar weer gedaan. Met Johan Ran heeft het koor op muzikaal gebied een kenner in de gelederen. Dat weten ze ook elders op Texel, want binnen de katholieke kerken selecteert deze muzikale Cocksdorper de te zingen liederen. Werken die volgens hem het best bij het thema van de mis passen. 'Ik zet er altijd een alternatief bij waarvan ik weet dat de meesten dat al eens gezongen hebben. De praktijk is dat veel koren die nog wel eens kiezen.' Wel begrijpelijk. Want waar andere koren in de aanloop naar de kerkdienst eens in de maand oefenen, studeren ze aan de Molenlaan dus elke week. Om eens in de maand de dienst in het karaktervolle kerkje op te luisteren, en tussendoor wel eens een bruiloft, doop of begrafenis. Of, zoals vorige week, een uitstapje naar de Maartenskerk, ter opluistering van de Vredesdienst. 'We voelen ons overal thuis. Het verschil met een gewoon koor en een kerkkoor als wij is dat een koor naar een concert of uitvoering toe werkt, en wij elke maand naar een kerkdienst.' Ander verschil is dat een koor zichtbaar is, en zij niet. 'Daar voelen we ons wel prettig bij, we hoeven niet zo nodig op de voorgrond. De akoestiek in deze kek is mooi en het geeft een gevoel van veiligheid. Maar we kijken stiekem wel eens over het randje, om te zien hoeveel mensen er in de kerk zitten.' En geen applaus na afloop. Johan: 'Daar doen we het niet voor. Wij zijn er ter ondersteuning van de dienst, de nummers die we zingen, stemmen we af op de lithurgie of op de gelegenheid. Na afloop krijgen we wel vaak een compliment.' Het koor was wel zichtbaar tijdens de speciale dienst waarbij Johan Ran, die al vijftig jaar achter het orgel (dat dateert uit 1761) zit, een Koninklijke onderscheiding en de Gregoriusspeld van de kerk ontving. Johan: 'Ik heb het koor een compliment gemaakt, ze zongen de sterren van de hemel.'