Het nieuwe boothuis in Oudeschild, kort na de opening. In beige pak Theo van Schie die de opening verrichtte.
Het nieuwe boothuis in Oudeschild, kort na de opening. In beige pak Theo van Schie die de opening verrichtte. Foto: Jeroen van Hattum

'Julia zou trots zijn als ze dit boothuis zag'

'Ik weet zeker dat Julia Dinkelman trots zou geweest als ze dit zag', zei haar executeur Theo van Schie zaterdag bij de doop van het nieuwe drijvende boothuis 'Aqua Julia' van de KNRM in Oudeschild. Het werd gefinancierd uit haar nalatenschap.

Julia Dinkelman-Eibink was een vrouw die geboren werd op 24 juli 1922 in Haarlem en leefde tot 2008. Water speelde, zo vertelde Van Schie, haar hele leven een belangriijke rol. Ze groeide op aan het water, woonde aan het water en werkte tot 1981 bij de Koninklijke Nederlandsche Stoomboot Maatschappij (KNSM) in Amsterdam. Dinkelman begon er als secretaresse en klom op tot acquisiteur op de afdeling vracht waar ze verantwoordelijk werd voor het vrachtvervoer naar Noord- en Zuid-Amerika. In het Scheepvaarthuis, het hoofdkantoor van de KNSM, ontmoette ze Dolf Dinkelman met wie ze in 1964 trouwde. Hij overleed in 1992 en zij in 2008, waarna Van Schie aan de slag ging om haar laatste wensen te vervullen. Zaterdagochtend had hij de eer namens Julia Dinkelman in het bijzijn voor KNRM-voorzitter Cees van Duyvendijk, KNRM-directeur Roemer Boogaard, de plaatselijke commissie en redders van de KNRM het nieuwe boothuis in de haven van Oudeschild officieel te openen. Dat deed hij door traditioneel met een bijltje van de KNRM een touw door te hakken, waarna de naam werd onthuld.

De nieuwe reddingboot Cornelis Dito is te danken aan Joop Hillen (1920-2010) en Lenie Hillen-Vermeulen (1919-2004) die in Den Helder werden geboren. Joop Hillen (achterkleinzoon van Dito) wilde net als zijn vader graag werken in de koopvaardij, volgde een opleiding tot machinist aan de zeevaartschool, maar zag zich gedwarsboomd door de Tweede Wereldoorlog. Hij kwam op de marinewerf in Den Helder terecht. In 1950 vertrok hij voor de Shell naar Borneo waar hij samen met zijn vrouw veertien jaar woonde en werkte. Daarna volgde een baan bij Dow Chemical in Terneuzen waar Hillen tot pensionering werkte. In 2003 keerde het echtpaar na een verblijf in Rozenburg terug naar Den Helder en ontstonden de ideeën om uit de nalatenschap een reddingboot van de KNRM te financieren. Ben Jeijsman, een neef van Joop Hillen, werd aangesteld als executeur en hij ontfermde zich over de wensen van zijn familie na het overlijden van Hillen. 'Ik weet zeker dat hij boven meekijkt en de Cornelis Dito een mooie boot vindt', aldus Jeijsman na afloop van de doop van de nieuwe reddingboot.

Met de Cornelis Dito en de Aqua Julia heeft de KNRM in Oudeschild voor de komende jaren gedegen materieel in huis. De Cornelis Dito heeft een grotere capaciteit dan de Francine Kroesen die de afgelopen jaren in Oudeschild lag. Het drijvende boothuis biedt de bemanning de gelegenheid om zich binnen om te kleden als ze moeten uitrukken voor een redding en ze hebben nu sanitair en een eigen ruimte tot hun beschikking. Voorheen hadden ze een boothuis waarin enkel de Francine Kroesen kon liggen. Omkleden moest buiten gebeuren. Het nieuwe boothuis werd gebouwd door De Boer en De Groot in Harlingen. Het staat inmiddels te boek als één van de laatste twee boothuizen die Jan Timmerman voor de KNRM ontwierp. Hij is overleden. De Cornelis Dito is gebouwd bij Habbeké Shipyard in Volendam. De boot is 9,15 meter lang, 3,30 meter breed en heeft een diepgang van zestig centimeter. Er kunnen twintig mensen tegelijk mee worden gered.