Jan van der Star (links) van strandbedrijf Noorderbad met vaste gasten Dorothee en Ulrich Dumm. Zij komt hier al 52 jaar.
Jan van der Star (links) van strandbedrijf Noorderbad met vaste gasten Dorothee en Ulrich Dumm. Zij komt hier al 52 jaar. Foto: Gerard Timmerman

Op het strand mooiste werk van de wereld

'Niks mooier dan de kust.' Strandexploitant Jan van der Star van Noorderbad bij paal 20 in De Koog kan zich geen ander leven voorstellen. Als jochie ging hij met zijn vader mee te jutten en vanaf zijn twintigste verhuurt hij strandhuisjes, -stoelen, ligbedden en windschermen.

Dagelijks is hij op zijn stek, aan de noordkant van het slag bij de Badweg. 'Ik kan hier zeven dagen per week zitten, ook als het guur is. Elk weer heeft zijn charme, elke dag een ander schilderij, een andere belevenis.'

Vijftien jaar exploiteert hij Noorderbad. 'Ik heb het overgenomen van Cor Kuip. Toen ik een jaar of twintig was ben ik bij hem aan de slag gegaan. Ik was timmerman en heb een paar jaar onderhoud gedaan en bewaking. Totdat Cor zei dat ik het wel over mocht nemen. Dat hoefde hij geen twee keer te zeggen. Dit is mijn stekkie. Ik ben opgegroeid in dit bedrijf en ken de gasten van haver tot gort. Er komen nu nóg gasten die al bij Cor kwamen en zelfs nog bij zijn voorganger Jan Maas. Vorige week vertrok er nog een gast van 87 jaar. ''Misschien tot volgend jaar'', zei hij. Sommigen komen hier met de rollator, voor hen is het best een reis naar het strand. Ik probeer het hen zo makkelijk mogelijk te maken', wijst hij op het verharde pad. Na een storm ligt dat nu even onder een dikke hoop zand. 'Ik zit tijdelijk achter het eerste duin.' Hij heeft Marcel Bakker met z'n shovel al besteld. 'Dit is pas de eerste keer deze zomer. Vorig jaar moest Marcel wel een keer of zes komen om het zand weg te scheppen.'

De bedrijfsvoering van tientallen jaren geleden is niet noemenswaardig veranderd: verhuur van strandhuisjes, stoelen, ligbedden en windschermen. 'Een authentiek concept. Geen vetpot, maar het draait nog steeds. De afgelopen vier jaar waren wel minder. Zoals vorig jaar hadden we eigenlijk maar drieëneenhalve week zomer. Toen moest ik op een houtje bijten. Maar dit jaar gaat het goed. Mooi weer met Pinksteren, Hemelvaart en het begin van de zomer. Ik heb het concept wel iets aangepast, normaal halen de gasten de bedjes op en brengen ze terug, nu zet ik ze voor het eerst zelf op het strand. Dat wordt gewaardeerd. Gasten willen niet meer slepen. Op het strand komen en meteen liggen. Dat slaat goed aan. Er waren ochtenden bij dat om half twaalf alle bedjes vol lagen. Een topjaar! Mensen raken ook weer verveeld van de zon. Na een dag of vier, vijf vinden ze het wel weer genoeg. Af en toe een dagje miezerig of bewolking is helemaal niet erg. Liefst op maandag, dan kunnen ze naar de markt en hebben de kooplui ook wat. Als het in het weekend maar mooi weer is, wat dat betreft was dit een mooi seizoen, alle belangrijke weekenden scheen de zon.'

Hij heeft een brede klantenkring. 'Gasten van de camping, bungalowparken en ook veel dagjesmensen van de overkant. Die komen wel met de koelbox voor een dagje naar het strand. Dagjesmensen zijn een leuke categorie om er bij te hebben. Soms zijn het hele groepen of gezinnen, dan huren ze zeven bedjes tegelijk. Ook heel veel trouwe gasten. En, omdat ze maar een dag komen, geven ze het geld wat makkelijker uit. Bij mij, maar ze nemen een drankje bij het strandpaviljoen, eten wat of kopen een ijsje. Dagjesmensen zijn goed voor de economie.'

Voor Jan van der Star start het seizoen eind maart. 'Dan begin ik met opbouwen. Ik probeer vóór de Duitse Paas alles klaar te hebben. Als de Duitse gasten komen, willen ze meteen naar de strandhuisjes. Ze gaan trouw achter de deur zitten en kijken naar de zee. Sommige gasten willen ook hetzelfde huisje. Ze nemen een doorkijkzeiltje mee en gaan dan lekker in het luwtje zitten kijken. Ze genieten van de zee. Een Duitser wil zee en strand. Dat zijn toch de zaken waarmee Texel groot is geworden. Toeristen komen natuurlijk voor de schapen en de natuur, maar toch vooral voor het strand. Dat wordt wel eens onderschat.'

Tussen het slag van paal 20 en 21 verhuurt hij 145 strandhuisjes. 'Vóór 1 mei staan ze allemaal overeind. Veel klanten huren er eentje voor een heel seizoen, gasten en ook Texelaars. Voorheen had ik veel reserveringen, maar de afgelopen vier jaar is dat teruggelopen. Mijn bedrijf is weersgevoelig. Met deze prachtige zomer is het meerdere keren voorgekomen dat alle huisjes waren verhuurd en ik tegen een aantal gasten nee moest verkopen. Nu beginnen mensen weer vooruit te boeken. Ik verhuur er een aantal vast aan Hotel Opduin en ik ben ook in gesprek met Landal Beachpark Texel over seizoenverhuur. Dat geeft toch een stukje vast inkomsten.'

'De teruggang van de economie heb ik de afgelopen jaren wel kunnen merken. We zijn er allemaal gevoelig voor. Een strandhuisje en een bedje zijn dan toch luxe artikelen. ''Dit jaar maar geen strandhuisje'', of ''We gaan wel op een handdoekje''. Ik merk nu dat vooral de Duitsers een stap vooruit hebben gedaan. Ze geven weer wat makkelijker geld uit en komen wat langer naar Texel. Toch maar weer drie weken dit jaar. Met een paar gezinnen huren ze nu weer wat makkelijker een paar huisjes naast elkaar.'

Op de paar bungalows na die hij verhuurt, moet Van der Star het hebben van zijn strandbedrijf. 'Ik weet wat zuinig leven is en hoe je daar mee om moet gaan. De mensen bij wie ik koop of huur weten dat ik een onzeker bestaan heb. Gelukkig steunen zij mij. Toen ik door de slechte inkomsten van afgelopen jaren een keer geen geld had om de huur te betalen van de schuur waarin ik mijn huisjes opsla, maakte mijn verhuurder daar geen probleem van. Deze zomer heeft alles weer goed gemaakt en heb ik de rekeningen alsnog kunnen betalen. Ik moet best veel kosten maken. Het begint al met het inhuren van de shovel, omdat het strand niet hoog en breed genoeg is. De laatste keer dat het strand is opgespoten, is 24 jaar geleden. Wat ik er bij laat schuiven, spoelt elke winter weer weg tot aan de duinvoet. En dan kan ik van het voorjaar weer overnieuw. En bij elke storm kan ik Marcel Bakker bellen om de zandhopen weg te schuiven. Voorgaande jaren wel een keer of zes à acht, nu gelukkig pas één keer. En vergeet niet het schoonhouden van het strand.' Ook het onderhoud van de strandhuisjes vergt het nodige. Dat doe ik in de winter, ik wil dat alles er goed uitziet. Toen ik echt een slecht seizoen had, ben ik voor het geld ergens aan het werk gegaan. Maar dat moet je later bezuren, want het gaat ten koste van je eigen bedrijf.'

Elke dag, zeven keer in de week, begeeft hij zich rond de klok van zes uur 's morgens vanuit De Waal naar het strand. 'Ik ga langs de huisjes, repareer zaken waar nodig is en maak mijn rondje over het strand om het grove vuil op te ruimen. Ik ben altijd voorstander van een schoon strand geweest. Wat schoon is, blijft ook sneller schoon. Daar hamer ik ook altijd op bij mijn collega's.'

En dan dat weer, steeds weer anders. De ene keer mooi, de andere keer storm. 'Ach, elk weer heeft z'n charme. Maar hier aan het strand heb ik het mooiste werk van de wereld, maakt niet uit wat voor weer het is.'

Gerard Timmerman