De krant oogde begin vorige eeuw totaal anders.
De krant oogde begin vorige eeuw totaal anders. Foto: Job Schepers

Uit de Texelse Courant van 1 augustus 1901

Het rookverbod, het was in De Koog afgelopen weekend het gesprek van de dag. Tegenwoordig wordt het opsteken van een sigaret al bijna als een zonde gezien. Vroeger ging men hier, zoals met zoveel dingen, heel anders mee om. Zo schrijft de Texelse Courant op 1 augustus 1901, zich toen ook nog richtend op het buitelandse nieuws, over Filipijnse sigarettenrokers een stuk wat nou vol verbazing gelezen zou worden. 'Een meisje begint op zevenjarigen leeftijd reeds te rooken en met het toenemen der jaren start ook de hartstocht voor de sigaar.De mannen op Luzon en andere Filippijnsche eilanden daarentegen zijn hartstochtelijke cigarettenrokers en het is alleen de vrouw, die de sigaar huldigt.' De sigaren die het artikel beschrijft zijn trouwens niet in iedere zaak te verkrijgen. 'De sigaren zijn gemiddeld een halven meter lang en gewoonlijk 12½ centimeter dik. Zij zijn er natuurlijk niet toe bestemd als after-dinner te dienen, of om op één avond opgerookt te worden. Men rookt slechts van tijd tot tijd en legt de sigaar voor een latere gelegenheid opzij. Meestal is een sigaar voor een geheele week voldoende.' Een zoektocht in het archief brengt een schat aan dit soort verhalen. Van een vierjarige, pijprokend in het stro tot een werkgever die alcohol drinken tijdens werktijd geen probleem vindt, maar roken wel.