Jaap en Barry Boersen met hun stockcar die ze delen. Jaap crosst ermee op Texel, Barry aan de overkant.
Jaap en Barry Boersen met hun stockcar die ze delen. Jaap crosst ermee op Texel, Barry aan de overkant. Foto: Gerard Timmerman

Crossende vader en zoon delen stockcar

In 1998 stond in deze krant een foto van de autocrossende broers Jaap en Peet Boersen. Op de motorkap van de crosswagen zat een jochie van zes, Barry. Zestien jaar later is hij een grote vent en crosst zelf. In de stockcar die hij deelt met vader Jaap.

Jaap is inmiddels 49. 'Ik ben aan het afbouwen, maar kan het niet nog laten.' Zaterdag en zondag tijdens het Speedweekend van de MAB Texel is hij er bij, zoals hij al tientallen jaren een vast gezicht is op de autocross. 'Ik ben in 1984 gaan crossen.' Hij was er al vroeg bij, net als zijn broer Peet. Broers die voor elkaar door het vuur gingen, maar op de crossbaan rivalen. Het ging er fanatiek aan toe, ze gunden elkaar geen duimbreed. 'We zijn wel samen in de sloot beland.' Rivalen, maar geen vijanden. 'De autocross is niet tegen elkaar, maar met elkaar. In je eentje begin je niks. Crossers helpen elkaar. Soms sleutelen we gelijktijdig met vijf mensen aan één auto om de wagen op tijd klaar te krijgen.' Bij het crossen gaat het er niet zachtzinnig aan toe, een manche eindigt geregeld in een slagveld. Met snelheden in de Formule 1 van gemiddeld tachtig kilometer per uur, op het rechte eind nog wat sneller, hebben coureur en materiaal het zwaar te verduren. Winnen of verliezen hangt van veel factoren af, zeker ook van de afstelling. 'Als een auto niet goed op de baan ligt, ga je de hele middag niet presteren.' Zijn maat Stefan de Wit pakt het boek er bij en wijst op de afstelling van de vering. Op het ene blad de afstelling voor Texel, op het andere die voor Sint Maarten. Stefan: 'Ook bij de bandenspanning steekt het nauw.' Jaap: 'Elke baan is anders. Een kwestie van meten en controleren.' En vooral ervaring. In de werkplaats in Oudeschild onder meer een stelling met banden. Die met het beste profiel worden bewaard voor de finale, als het er echt op aankomt. Zoon Barry (22) schuift aan. Jaap: 'Vroeger gaf ik hém tips, nu vertelt hij mij hoe het moet.' Met een knipoog: 'Hij denkt het beter te kunnen.' Barry knikt. Hij groeide op met de cross.Ging zelf crossen in de junioren, daarna twee jaar rodeo en toen de Formule 1. 'Als je één keer in een stockcar hebt gereden, wil je nooit meer wat anders.' Vader en zoon, beiden bloedfanatiek, die samen doen met één auto. Als dat maar geen bonje geeft. Barry: 'We hebben afgesproken dat ik aan de overkant cross en pa op Texel.' Jaap: 'Zijn moeder is de scheidsrechter.' Het verhaal gaat dat Leny Boersen vader en zoon een contract heeft laten ondertekenen waarin de afspraken over de cross zijn vastgelegd. Barry heeft er dit jaar al meerdere crossen op zitten, zoals in Sint Maarten en Blauwhuis. Met goed resultaat. Hij reed zich in Blauwhuis in een veld van vijftig stockcars naar een vijfde plek in de finale. En in Sint Maarten eindigde hij als beste Texelaar. Jaap vertelt hoe hij laatst om nieuwe remblokken ging. 'Otto zei: ''Remblokken? Barry remt toch niet.'' Barry: 'Wie het meeste lef heeft komt het verst.' Jaap: 'Maar ervaring telt ook. En dat je rustig blijft en koel.' Dat zal nodig zijn. 'Reken maar dat het warm wordt in zo'n auto.' Bij autocross draait niet alleen om snelheid. Jaap: 'Ook veel gezelligheid. Vrienden met elkaar. De saamhorigheid is groot. Vóór de cross drinken we geen bier, na afloop des te meer. Met z'n allen, tijdens een gezellige barbecue.' De hele familie geniet mee: 's Morgens om negen uur strijken ze met klapstoelen en koelboxen neer op de dijk. Wellicht ook de nieuwe vriendin van Barry. Jaap: 'Ze heeft nog nooit een autocross gezien, snap jij het?'