Anders bekeken

Lichtpunten

30 April vandaag, voor mij een rare dag, alle besprekingen van de laatste weken in de politiek. Moe, teleurgesteld door vele verwikkelingen en afwegingen begeef ik me met handdoek en deken naar het strandje.Misschien is het zeewater al warm genoeg om een duik te nemen en alle vieze bijsmaken van me af te spoelen. De hond springt te water, geniet, rent en plonst achter een balletje aan. De eerste keer doorgaan heeft iets van een verademing. De bomen ontluiken, de lammetjes lekker naast moeder te groeien in de wei, de zwaluw vliegt over en de zee is elk voorjaar weer toegankelijk voor ons mensen, een mooi gegeven. Als ik terugkom uit het water voel ik me al een stukje beter. Het is 30 april vandaag, voor mij een rare dag, vijf jaar geleden reed er een man die de weg helemaal kwijt was in op de delegatie van het Koningshuis. Een zwarte bladzijde. Ik doezel weg, Max schuift vlakbij me en kinderen zijn met hun schepnet en emmertjes druk in de weer. Ik zal wat aan de waterlijn hebben geschept en met de jeugd gezocht naar schelpen en krabben. Genoten van de golven en het leren zwemmen in het zilte nat. Het is 30 april vandaag, voor mij een rare dag, ik glijd met mijn handen over de deken, en voel de verschillende stoffen en lapjes. Mijn zus naaide voor alle zussen en broers zon deken. Van alle jurken en rokken van mijn moeder knipte ze heel veel lapjes. Ik herken stofjes, zie mijn moeder zo voor ogen in de blauwe gebloemde jurk. Precies vandaag vijf jaar geleden gleed ze van ons weg, op een gezegende leeftijd, maar toch, het gemis is en blijft. Als ik thuiskom is er mail, een partijgenoot voor een afspraak,. We hebben een goed gesprek. Naast dezelfde politieke geaardheid hebben we al jaren ook een andere band. Hij was de vader van mijn eerste liefde, zijn zoon verongelukte, en dat heeft voor altijd een diep litteken gekerfd in het leven van ons beiden. Hij vertelt: 'Er gaat geen dag voorbij, dat ik niet aan hem denk, een gebeurtenis, muziek, er zijn altijd dingen die me terugbrengen bij hem.' Een groot gemis, je eigen kind. 'Maar', gaat hij verder, 'vandaag komen er kleinkinderen van de overkant, ze zijn gek op de meierblis, vind je dat nou niet leuk Jozien?' 'Ja, dat is prachtig.' Als ik de handdoeken en de lappendeken van de waslijn haal om ze te redden van doordringende brandlucht, zie ik een grote groep kinderen voor huis een fakkel in de brand steken. Ze gaan vrolijk in optocht in oude kleren op weg naar het vreugdevuur buiten het dorp. Vaders en moeders op de fiets met piepers en drinken erachteraan. Het is 30 april vandaag, voor mij een rare dag, ik zie de fakkels in de verte gaan, gelukkig blijven er lichtpunten in het leven.

Jozien