ONGEZOUTEN

Guus

Gelukkig. Die megaprovincie gaat voorlopig niet door. Zal vast te maken hebben met het feit dat de Commissaris van de Koning op Texel was met Alexander. Even een entre noustje met Texelse bobo's en het was gepiept. Alleen blijft de vraag wat de Commissaris daadwerkelijk bedoelde. Want er zit nogal een verschil tussen: 'Ach, wat zou 't', of: 'Ach, wat zout'. Maar ja, wat kan ons het bommen. Verder is gebleken dat de Texelse politiek er ook andere praktijken op na houdt om aanstormend wethouderskandidaten de nek om te draaien. Vorige week repte Annie over de aanbelmethode om iemand monddood te maken, maar ze kunnen ook doodleuk de telefoon gebruiken. Het advies: Hang op, klik weg en bedank. U bent gewaarschuwd. Lekker hoor, dat mooie weer. Alleen voelt iedereen zich geroepen om actief te worden. Dat zag je met Koningsdag. Wat een creatieve geesten lopen hier rond. Zaklopen, stokken vangen, koekhappen, springen, de dorpsfanfare, een optocht, ballonnen. Het kon niet op. En het Wilhelmus. Prachtig, uit volle borst. Dat belooft wat als Guus Meeuwis komt en het WK voetbal begint. Het maakt niet uit wat voor evenement er gehouden wordt, we gedragen ons als malloten en kleden ons als clowns. Zelfs de nieuwjaarsduik is tegenwoordig puur carnaval en kent varianten in de zin van voorduiken, duiken en naduiken. Het toppunt voor Annie is gewoon een terrasje pikken en me vergapen aan de invasie van de vouwfietsers. De bootvluchtelingen doen weer massaal Texel aan. Nadat de omgebouwde badkuip de haven is binnen gelaveerd, wordt de vouwfiets gepakt om het eiland rond te peddelen. Het gestreepte T-shirt, de mohair trui nonchalant om de schouders gedrapeerd, de sokloze beentjes in de bootschoentjes en hup daar gaan ze. Geweldig, dat bootvolk. Wat een evenement om te aanschouwen. Zo heeft elke bevolkingsgroep zijn kledingvoorschrift. Manlief kan er ook wat van met zijn survivalbroekje. Het zou verboden moeten worden. Met zijn bleke spillepoten en zijn bierbuik in zo'n overlevingsbroek. Maar liefst zeven zakken heeft hij in die broek. 'Ik tel er maar zes', bromt hij. Ik geef aan dat er inderdaad zes zakken in genaaid zijn, maar dat de grootste zak in die broek zélf zit. Lachen toch? Niet dus. Zie je het voor je, die kerel van mij in zo'n broek met junglemotief en ruimte voor het in de wildernis onmisbare zakmes. En een kompas. Halverwege de Hoge Berg loopt hij al te hijgen. Als hij het over de Slufter heeft, bedoelt hij het cafeetje. Maar ja, hij wil er zo graag bij horen. Dat schept een band. Een maagband zal hij bedoelen.

Annie@texelsecourant.nl