'Onaanvaardbaar risico genomen'

Het was een onaanvaardbaar risico om met slecht zicht boven zee tot een lage hoogte te dalen met het doel zicht op zee te krijgen.

Dat stelt de Onderzoeksraad voor Veiligheid in een onderzoek naar het ongeval met een Cessna 172P op 8 mei 2013. Luchtvaartfotograaf Herman IJsseling en zijn 71-jarige piloot stortten die ochtend in zee op circa vijftig kilometer uit de kust van Egmond aan Zee. De piloot kwam daarbij om het leven. De twee waren op pad om een Litouwse coaster op de foto te zetten.

Het uitgebreide rapport leert dat meerdere zaken die ochtend anders verliepen dan zou moeten. De coaster was de avond tevoren later dan gepland vertrokken uit de haven van Vlissingen en voer daardoor nog niet in de buurt van Den Helder waar IJsseling en de piloot om 7.56 uur opstegen. Een alternatief was wachten, maar de piloot had om 9.30 uur een volgende afspraak.

Het was grauw en grijs en er hing plaatselijk mist, waardoor het zicht slecht was. In tegenstelling tot gebruikelijk hadden de twee voordat ze vertrokken geen contact met de coaster gehad. IJsseling had volgens het rapport vantevoren aan het bevrachtingskantoor een telefoonnnummer gevraagd, maar niet gekregen omdat er geen nummer beschikbaar was. Anders had eerst met de bemanning gebeld kunnen worden hoe de omstandigheden ter plekke op zee waren. Contact via een marifoon was er evenmin, omdat het vliegtuig die niet aan boord had. Via internet hadden IJsseling en de piloot locatie van de coaster opgezocht.

Tijdens het vliegen werd overwogen alsnog terug te keren omdat het zicht slecht was. De vraag was of er wel goede foto's gemaakt konden worden. Besloten werd toch nog even door te vliegen. Dat gebeurde vanuit de ervaring dat het weer op de Noordzee wisselend kan zijn, waardoor de kans bestond dat het ter plekke bij de coaster beter was. Bij het ontmoetingspunt was echter geen zicht op de coaster, waarna de piloot besloot te dalen van 500 voet (150 meter) naar 200 tot 300 voet om zicht te krijgen. Daarna raakte het vliegtuig het water.

Volgens de onderzoeksraad droegen de mannen een heupgordel, maar geen schoudergordel. 'Dit heeft waarschijnlijk bijgedragen aan de aard en de ernst van de verwondingen van de piloot, hetgeen uiteindelijk heeft geleid tot de dood.' De onderzoeksraad stelt verder in het rapport dat niets wijst op een technische oorzaak van het ongeval.

Voor IJsseling, uit zee gered door de KNRM, was het ongeval een traumatische ervaring. Hij vloog sinds 2000 met de piloot en de twee maakten samen meer dan duizend fotovluchten. De piloot stond te boek als een zeer ervaren vlieger.