Particuliere bewoning boerderij

Noord-Haffel snel beëindigd

Veel eerder dan b en w aanvankelijk wilden moet een eind komen aan de permanente (antikraak) bewoning van de boerderij Noord-Haffel (Pontweg 77) bij Den Burg.

Dit agrarische bestemde pand, eigendom van de Dienst Landelijk Gebied (DLG), wordt particulier bewoond. De familie Witte van Rozenhout die het omliggende land voor de schapenhouderij in gebruik heeft, kwam tegen de bewoning in het geweer.

B en w traden eerder op met een dwangsombeschikking waarbij ze bepaalden dat de bewoning na twee jaar gestopt moest zijn. De schapenhouder vond die periode veel te ruim en vond ook de dwangsom niet afschrikwekkend genoeg, zodat hij bezwaar maakte tegen dit handhavingsbesluit. Belangrijk argument is dat de schapenhouder vreest dat hij door bewoning door een particulier in de toekomst beperkingen zal ondervinden in zijn bedrijfsvoering. Overigens is dat nu niet het geval. 'Een boer wil geen burger als buur. Burgers en boeren, dat gaat niet samen', stelde zijn adviseur Jan Sanders. Hij zag zijn stelling bevestigd in jurisprudentie van de Raad van State. Die stelt dat de gemeente de plicht heeft om het bestemmingsplan te handhaven. Bij de vaststelling van het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied legde de raad de nadruk op die strategie.

De commissie Bezwaarschriften stelde hem in het gelijk. De commissie was het met het college eens dat geen legalisering mogelijk is en dat handhaving daarom terecht is. Het college had de ruime termijn toegekend omdat het de bedoeling van DLG is het gebouw dat via grondruil is verworven te verkopen. Maar mede door de huidige situatie op de vastgoedmarkt wil de verkoop niet vlotten.

De commissie vond dat geen deugdelijk argument en stelde vast dat deze soepelheid niet klopt met de gebruikelijke handhavingsstrategie. Het lijkt meer op langdurig gedogen, de overtreding moet veel sneller kunnen worden beƫindigd. Het college was het daarmee eens en heeft de nieuwe termijn vastgesteld op drie maanden.