'Het maximale uit iedereen halen'
Twintig jaar geleden werd zijn merk voor het laatst wereldkampioen. Dat het Kawasaki dit jaar opnieuw is gelukt het wereldkampioenschap Superbike in de wacht te slepen, is mede te danken aan oud-Texelaar Marcel Duinker, crewchief van coureur Tom Sykes.
'Als teamleider ben ik eindverantwoordelijk', geeft Duinker een inkijkje in de snelle wereld van het motorracen. 'Maar de motor raak ik niet aan. Je moet het zo zien: de rijder geeft aan waar hij tijdens het rijden tegenaan loopt en in overleg met de verantwoordelijke technici moet ik dan zorgen dat dit limieten verholpen worden. Daarbij moet ik voortdurend keuzes maken tussen mogelijkheden die mij worden voorgelegd. Maar mijn taak om te zorgen dat de sfeer in het team goed blijft, is misschien nog wel belangrijker. Als je topsport bedrijft, moet niet alleen de motor goed afgesteld zijn, maar moet ook het vertrouwen tussen de teamleden honderd procent zijn. Je zit met een klein groepje onder hoogspanning is steeds weer aan andere ongeving. Het bewaren van een goede sfeer kan dus een behoorlijke uitdaging zijn.'
Kawasaki was zeker van het wereldkampioenschap nadat Tom Sykes, de vaste coureur uit Ierland, een derde plaats had behaald in de eerste manche van de laatste wedstrijd. Zijn voorsprong op concurrent Laverty (Aprilia) was daarmee zo groot, dat Sykes niet meer kon worden ingehaald. 'Een circuit is vier- tot zesduizend meter lang', legt Duinker uit, 'en we rijden twintig tot vijfentwintig rondes per wedstrijd. De rondetijden liggen rond de honderd seconden, dus de wedstrijd wordt op honderdsten van seconden beslist. Als Sykes in elke bocht tweehonderdsten van een seconde winst kan boeken, kan dat het verschil maken tussen winst en verlies. Nu heb je met het afstellen van een motor met wel duizend variabelen te maken, dus de kunst is om er 980 vast te zetten.' De 35-jarig Duinker werkt sinds 2005 voor Kawasaki, eerst als veringspecialist, maar sinds vorig jaar als crewchief van Tom Sykes. Die samenwerking leidde ertoe dat Kawasaki van een dertiende plaats in 2011 in een jaar tijd naar de tweede plaats opschoof. Het wereldkampioenschap werd in 2012 op een haar na gemist, maar dit jaar was de tandem Sykes-Duinker de langjarige concurrent Aprilia voorbij streefde. Het WK Suoperbik is een echte fabrikantenstrijd, die wordt gedomineerd door merken als BMW, Honda, Suzuki en dus Kawasaki en Aprilia. Het wedstrijdseizoen loopt van eind februari tot eind oktober. In die tijd worden veertien wedstrijden gehouden, op cicuits over de hele wereld. Duinker, die in Belgë woont, vliegt naar de wedstrijden toe en verblijft daarmee zo'n 120 dagen per jaar in het buitenland. Daarnaast gaat hij elk jaar aan het eind van het seizoen naar het hoofdkantoor in Japan, om daar om tafel te gaan met de verantwoordelijke ingenieurs van zijn werkgever, Kawasaki Heavy Industries. 'Natuurlijk stuur ik na elke wedstrijd een volledig evaluatierapport', vertelt Duinker, zelf HTS motortechniek heeft gestudeerd. 'maar het is altijd goed om de laatste kleine dingetjes rechtstreeks met de mensen zelf te bespreken.' Om de ontwikkelingen in de hand te houden, wordt met doelen, 'targets' gewerkt. 'Dat begint heel klein. We stellen een doel voor elke manche. Maar daaropvolgend ook voor elke dag, elke wedstrijd, elk seizoen.En daarna kijken we verder, wat hebben we volgend jaar nodig, en wat in de toekomst? Welke kant gaat de motortechniek op? Dat maakt dit werk ook zo interessant.' Daarbij wordt uiteraard ook nauwkeurig in de gaten gehouden wat de concurrent doet. 'Bij elke wedstrijd lopen fotografen rond die niet alleen persfoto's van ons eigen team maken, ten behoeve van journalisten, maar die ook de motoren van de anderen vastleggen. Zo kunnen we dien welke kant zij zich op ontwikkelen.' Het team waarvoor Duinker verantwoordelijk is, bestaat, inclusief coureur, uit zeven mensen. 'Het is mijn taak het maximale uit iedereen te halen. Mijn werk heeft daarmee een technische, maar vooral ook een menselijke kant'. Dat het seizoen nu voorbij is, betekent ook zeker niet dat hij het rustig aan kan doen. Op dit moment is hij alweer terug uit Japan, voor het jaarlijks overleg met de technici, waar ongetwijfeld ook het glas is geheven op het behaalde kampioenschap. De komende maanden staan dan zes testwedstrijden op het programma, waarna in februari in Austrlië de openingswedstrijd plaatsvindt voor het nieuwe seizoen.