'Belangrijk dat eenheid intact blijft'
Hij kwam om een kazerne en een nieuw geformeerde eenheid te leiden. Sinds Prinsjesdag is de nieuwe commandant Frank Boots van de Joost Dourleinkazerne echter vooral bezig met de gevolgen van een extra bezuiniging op Defensie die ook de Mok raakt.
Ruim drie maanden geleden, op woensdag 10 juli, werd hij commandant op de Joost Dourleinkazerne. Een van de taken van luitenant-kolonel Frank Boots was toen het verder vormgeven van de nieuwe Surface Assault and Training Group (SATG). Die werd twee dagen voor zijn aantreden opgericht met als standplaats de Joost Dourleinkazerne.
De groep bestaat uit 241 manschappen, diverse landingsvaartuigen, een staf en materieel om een kust als landingsplaats in te richten. Een deel van de vaartuigen lag in Den Helder, maar kwam voor de SATG terug naar Texel. De meeste manschappen van de eenheid zijn afkomstig van de overkant.
Sinds Prinsjesdag ziet de wereld op de Mok er echter anders uit. Bedoeling is dat de SATG in 2015 in zijn geheel naar Den Helder verhuist. De Mok blijft dan naar verwachting enkel in gebruik voor oefeningen en trainingen. Volgens Boots wordt vooralsnog gesproken over een 'maatregel'. De bezuinigingsplannen van Defensie (€384 miljoen extra bovenop al geplande bezuinigingen) moeten nog door de Tweede Kamer worden behandeld.
Werkgroepen bekijken inmiddels al wel hoe een vertrek van de SATG naar Den Helder in de praktijk zijn beslag kan krijgen. Boots: 'Het belangrijkste is dat de eenheid daar een eenheid kan blijven en niet versnipperd raakt.' Bedoeling is dat de SATG een plek krijgt in de marinehaven. Defensie moet daarbij rekening houden met het gegeven dat door de bezuinigingen meer eenheden van buitenlocaties op de marinehaven zijn aangewezen.
Volgens Boots is het belangrijk dat de landingsvaartuigen in Den Helder een beschutte en beschermde ligplaats krijgen, zoals nu op de Mok al het geval is. De SATG beschikt over vijf zogeheten LCU's, twaalf LCVP's en op termijn over 28 FRISC's. Dat zijn de nieuwe, superwendbare vaartuigen van de Koninklijke Marine. Er liggen er een paar op de Mok voor training en opleiding.
De SATG beschikt op de Mok over werkruimte voor onderhoud aan de vaartuigen, opslag, kantoren en slaapvertrekken. Boots: 'Daarin hebben we nu onder meer een grote nat- en droogruimte waar mensen na afloop van een oefening hun kleding kunnen wassen en drogen. Tijdens oefeningen gaan manschappen vaak met hun kleding de zee in en dat moet wel weer in orde worden gemaakt voor een volgende keer. Zulke faciliteiten zullen we in Den Helder ook moeten hebben. Hier weten we wat we hebben en straks moeten we zien wat we krijgen.'
Burgemeester Francine Giskes gaf recent aan te bekijken welke mogelijkheden er zijn om de kazerne te behouden. Commandant Boots onthoudt zich desgevraagd van uitspraken op dat terrein. 'Het is een opdracht, dus we bekijken hoe we hem kunnen uitvoeren. Maar de functie van de kazerne verandert. Nu zijn we nog huisvader van een eenheid en straks niet meer. Dan wordt de Mok weer een amfibisch oefenkamp zoals het vroeger was.'
De 48-jarige Boots is de opvolger van luitenant-kolonel Stefan Nommensen die in juli 2011 commandant van de Mok werd. Hij is geboren en getogen in Den Helder en werkt sinds 1986 bij het Korps Mariniers.
Vorig jaar was Boots van mei tot december chefstaf van de politietrainingsmissie in de Afghaanse provincie Kunduz. Daarvoor werkte hij in Den Haag bij de Directie Operationeel Beleid Behoeftestellingen en Plannen van de Defensiestaf. Die ondersteunt de Commandant der Strijdkrachten. 'Daar hield ik me bezig met integrale plannen.'
Eerder was Boots onder andere compagniecommandant op de marinebasis Parera op Curaçao, communicatie-adviseur bij het Commando Zeestrijdkrachten en hij was tien jaar gelegerd bij eenheden van het Korps Mariniers in Doorn. Hij nam deel aan vredesmissies in Cambodja, Bosnië, Albanië en Eritrea/Ethiopië. Een deel van zijn bemanning is momenteel ook op missie. Er zijn mariniers en landingsvaartuigen mee met zowel de Zr. Ms. Johan de Witt als de Zr. Ms. Rotterdam die beiden actief zijn voor de Afrikaanse kust.
Zelf heeft de nieuwe commandant inmiddels nader kennisgemaakt met onder andere de burgemeester. 'We hebben een goede relatie met de gemeente en dat is wel zo prettig. Beter een goede buur dan een verre vriend.'