Financiële positie OSG gemeld in jaarverslagen
De directie van OSG De Hogeberg in Den Burg heeft de afgelopen jaren meermalen aangegeven dat er financiële problemen op de loer lagen. Dat valt op te maken uit de jaarverslagen van de scholengemeenschap van 2009 tot en met 2012.
Zo staat in het jaarverslag van 2011 een overzicht met daarin een opstelsom van de begrote tekorten. Voor 2013 wordt rekening gehouden met circa €1,1 miljoen zoals onderzoeksbureau Dyade ook constateerde in het vorige week dinsdag gepresenteerde onderzoek naar de jaarrekening van 2012 en de OSG-begroting voor 2013.
In het jaarverslag van 2011 staan diverse maatregelen om het oplopend tekort tegen te gaan. Daarbij wordt rekening gehouden met het wegvallen van de extra FTE's (voltijdbanen) die staatssecretaris Karin Adelmund in 2001 voor een periode van tien jaar aan de OSG toezegde. Dat gebeurde als gevolg van de eilandpositie. De OSG kreeg toen 2,5 FTE extra, maar verliest per 1 augustus uiteindelijk 3,21 FTE wat een structureel tekort van €240.000,- oplevert.
De directie gaat in het jaarverslag van 2011 uit van een structureel tekort van €350.000,- omdat er nog meer speelt. Een van de bezuinigingsmaatregelen is dat onderwijzend personeel met een voltijdsbaan niet meer 25, maar 26 lesuren per week gaat draaien. Het uur extra wordt niet uitbetaald. De directie laat weten dat de missie om een breed aanbod in onderwijs te hebben intact blijft.
In de rapportage van de werkgroep Onderzoek OSG, dat ook vorige week dinsdag gepresenteerd werd, wordt gesteld dat het college (het schoolbestuur) 'bij voortduring trachtte inzicht te krijgen' in onder meer de financiële situatie, maar 'ervoer dat zij op afstand werd gehouden.' Ook zou de informatieverstrekking vanuit de directie naar het college 'zeer summier' zijn geweest. In elk jaarverslag is te lezen dat er geregeld overleg is tussen directie en schoolbestuur. De jaarverslagen worden ook altijd voorgelegd aan raad en college.
In de rapportage van de werkgroep Onderzoek OSG wordt eveneens gesteld dat er 'onvoldoende geanticipeerd is op het waarschijnlijk wegvallen van de extra 2,5 FTE'. In het jaarverslag van 2009 stelt de schooldirectie dat de regeling tot en met augustus 2011 bestaat en in 2010 wordt geëvalueerd. Dan zal bekeken worden of 'een continuering wenselijk is'. In het jaarverslag van 2010 wordt het naderend aflopen van de regeling eveneens benoemd.
In het jaarverslag van 2011 staat dat de voorgenomen evaluatie van de regeling in 2010 niet heeft plaatsgevonden en is het verdwijnen van de extra FTE's inmiddels een feit, ondanks een gezamenlijke brandbrief van de gemeenteraad aan de minister en pogingen van het college de extra FTE's alsnog te redden.
Uit de jaarverslagen valt ook op te maken dat de school op het eigen vermogen aan het interen is. Jaarlijks staat in de stukken een vaste berekening voor het zogeheten weerstandsvermogen om duidelijk te maken hoe de school er financieel voor staat. Het weerstandsvermogen wordt berekend door het eigen vermogen te delen door de totale inkomsten en dat maal honderd procent. Dat levert in 2009 het zogeheten kengetal van 37,5 procent op. In 2012 is dat getal gedaald naar 28,2 procent. Volgens het jaarverslag van 2012 is de financiële positie daarmee nog binnen de marges van de raad voor Voortgezet Onderwijs, maar het wordt krap.