Verder kijken

Stond de kerkklok maar even stil

Vandaag een warme dag, na de langste dag lijkt het wat beter te worden met het weer, de piepers schieten de grond uit na de regenbuien, de maïs probeert de achterstand wat in te halen, en de eerste aardbeien van de koude grond staan op de keukentafel. Ik zoek een oude zomerjurk en probeer de grasmat netjes te kortwieken, de zomersandalen vol met gras als ik de bak steeds boven mijn macht op de hoop kieper. De kantjesmaaier aan drie verlengsnoeren geknoopt en gekoppeld is en blijft een superuitvinding, na een morgen zit ik voldaan vol grasstrootjes aan een paar boterhammen met een beker karnemelk de boel goed te keuren. Met het badpak naar Dijkmanshuizen, hoog water, het luie zweet spoelt er af, het koele zeewater over mijn warme lijf, een genot, een vlakke zee, zo helder als glas, de armen gaan vertrouwd onder en boven water langs, afgaand tij, zo bij de streep, fietsers zwaaien als ze achter diek naar Skil rijden. Op de terugweg stop ik bij Tsjerk, hij doet de schapen vakkundig de jas uit, het lijkt heel makkelijk te gaan, rustig op de rug, haal voor haal, scheert hij de prachtige wollen deken, ja de warmte helpt misschien, maar de behendigheid siert de rossige vakman. Als ik gedoucht heb zet ik een kop thee, en kijk in de Texelse Courant, vanavond is het afscheid nemen, de natuur geeft en neemt, voor je gevoel vaak veel te vroeg, en iemand die je dierbaar is terug geven, is het moeilijkste wat er is, laten we maar eerlijk zijn. Achter het pad staat een groot zwart paard, hij moet nieuwe ijzers van de hoefsmid, zijn baas haalt hem rustig op, touwtje aan het hek, de man met het leren schort pakt een voor een de grote hoeven tussen zijn knieën, het sist als de ijzers er vakkundig opgaan. Prachtig op maat gemaakte sieraden klepperen weer naar de wei. Als de kerktoren slaat spring ik op de fiets, een hele rij, in de kerk mooie bloemen, beelden van de schapenman, in overall bij zijn warme wollen Texelaars, de toegewijde tuinman die bosjes takken neerlegde om zijn jonge gewas op de groentetuin te beschermen is aan de laatste reis begonnen, de Heer is nu zijn Herder. Als ik bij de kleindochter kom en een hand geef, zie ik boven ons op de beamer toevallig net het meiske. 'Mooie foto', zeg ik, ze straalt. 'Ja, dat ben ik met opa, lekker aan het zwemmen.' Een prachtige herinnering, samen door het water, spelen, plezier, genieten van de beweging het licht zijn, drijven, een moment van geluk. Gedeeld geluk. Konden we de kerkklok maar even stil zetten op die momenten, de schapen onder de dijk, de vlakke zee, het klepperende paard, de lieve zwemmende kleine dochter, de piepers, de maïs, de gemaaide wei...

Jozien