Beeld van de berging van de Cessna door Zr.Ms. Snellius.
Beeld van de berging van de Cessna door Zr.Ms. Snellius. Foto: Koninklijke Marine

'Het was mistig en ik

dreef daar alleen'

Luchtfotograaf Herman IJsseling die woensdagochtend tijdens een fotovlucht boven de Noordzee in zee stortte, is weer thuis in Bussum. Na het ongeval waarbij de 71-jarige piloot om het leven kwam, dreef hij twee uur in het water alvorens hij werd gered.

IJsseling, die op Texel een hangar heeft, en piloot Brien van Wijk uit Sint Maartensvlotbrug vertrokken om 8.00 uur met het vanaf vliegbasis De Kooy met de eenmotorige Cessna van Van Wijk. Ze gingen op weg om een Litouwse coaster te fotograferen. IJsseling: 'Het weer werd geleidelijk slechter.' Over de oorzaak van de crash en de manier waarop het is gegaan, doet hij geen mededelingen, anders dan dat het slechte weer een rol heeft gespeeld. Tegen 9.00 uur uur ontving het Kustwachtcentrum in Den Helder een melding van een noodbaken uit het toestel. Dat was neergekomen in zee op een afstand van 50 kilometer uit de kust van Egmond.

De Kustwacht stuurde direct vier reddingboten van de KNRM, twee helikopters en een vliegtuig op pad voor een reddingsactie. Ook gingen twee schepen ter plaatse. Zeer dichte mist bemoeilijkte het zoekwerk. IJsseling, die een zwaar trauma aan de crash overhield, dreef twee uur in zee. 'Het was mistig en ik dreef daar alleen. Ik heb mijn kansen toen ingeschat.' Zijn redding was zijn overlevingspak, waardoor hij bleef drijven en in het ijskoude water minder snel afkoelde, en een noodbaken. Dat zond na het neerstorten automatisch een alarm uit, met de exacte positie. Daardoor kon het wrak snel worden gelokaliseerd en IJsseling enige tijd later uit zee worden opgepikt. Hij werd per boot naar IJmuiden vervoerd en daarna naar een ziekenhuis in Amsterdam gebracht. Hij hield twee breuken in zijn linkervoet over aan de crash en zit onder de blauwe plekken. IJsseling was onderkoeld (zijn lichaamstemperatuur was dertig graden Celsius) maar aanspreekbaar en vertelde dat zijn piloot nog in zee moest drijven. Van Wijk werd kort daarna bewusteloos aangetroffen. Hij werd in zorgwekkende toestand door een helikopter naar het ziekenhuis in Den Helder overgebracht, maar bleek bij aankomst in het ziekenhuis te zijn overleden.

Reddingboten brachten brokstukken van het vliegtuig aan wal. Daarna volgde een zoekactie naar de vermiste Cessna. Daarbij werd de Zr. Ms. Snellius ingezet. Het vliegtuig lag op 20 meter diepte en werd vrij snel met behulp van sonarapparatuur gelokaliseerd. Na inzet van een duikteam van de Duik- en Demonteergroep en een onderzoeksteam van de luchtvaartpolitie werd het toestal aan boord van de Snellius gebracht. De Onderzoeksraad voor Veiligheid en de luchtvaartpolitie doen aan de hand van het wrak en de brokstukken en getuigenverklaringen onderzoek naar de oorzaak van het ongeval. Van Wijk vloog sinds januari 2000 voor IJsseling. Samen maakten ze bijna duizend fotovluchten. Vaak lange trips en onder stormachtige omstandigheden, waarbij IJsseling spektaculaire foto's kon maken. Vliegen boven zee was voor Van Wijk heel gewoon. 'Als oud marineman had hij al als jonge vlieger in een Grumman Tracker achter Russische vissersboten aangezeten. Brien had een schat aan ervaring en kennis over vliegen en nautische zaken en kon daar bij de maritieme fotovluchten goed gebruik van maken.Brien is in het harnas gestorven tijdens het uitoefenen van zijn grote passie.' Na zijn crematie zullen de werkzaamheden bij Flying Focus worden hervat. 'Zoals Brien het gewild zou hebben.'