Afbeelding
Foto: Pip Barnard

@ TXL

Schoolganger

De afgelopen week kon je je als groep-achter op de OSG inschrijven (de middelbare school op Texel) om er na de zomervakantie les te gaan volgen. Ik weet nog goed hoe ik dat vond, nu vijf jaar geleden. Ein-de-lijk kon ik weg van de o zo kinderachtige basisschool. Ik was helemaal klaar om groot te worden. Ik vond het superspannend natuurlijk. Totaal andere school, heel andere klas. Bij mijn basisschoolvriendinnen zou ik niet in de klas komen, ze hadden een ander niveau als advies gekregen. Gelukkig kwamen de nieuwe vriendinnen snel genoeg. Ook dacht ik dat de nieuwe school een doolhof van lokalen zou zijn met in elk lokaal een ander monster, want de middelbareschoolleraren hadden niet echt een goede reputatie bij mij toen ik een achtste-groeper was (nu is mijn idee heel anders hoor, voordat één van mijn supervriendelijke leraren dit leest). Ik verwachtte schoolboeken met minstens het formaat van een encyclopedie die kilo's zwaar zouden zijn. Ook moest er een agenda en een veel te grote rugzak komen (daar staan de brugklassers om bekend). Veel mensen beweerden ook dat het eerste jaar een ramp zou zijn omdat de ouderen je van alles naar je hoofd zouden slingeren. Brugpieper, brugsmurf, kleintje. Nou, ik heb nooit wat gehoord. En in de jaren nadat ik zelf geen brugger meer was, heb ik zelf ook nooit zoiets gezegd. Nouja, misschien een enkele keer dan, maar dan was het kind echt een smurf. Of een pieper. Die pieper ben ik zelf twee jaar geweest. Al met al was het eerste jaar toch nog te nieuw en te indrukwekkend geweest en bleef ik zitten. Met een goede reden, anders had ik mijn achterstand niet in kunnen halen. Toen vond ik dat echt niet leuk, dat zitten blijven. Nu ben ik er blij mee. Anders was ik waarschijnlijk niet op het VWO terecht gekomen. Daar ben ik nu nog steeds, vijf jaar later en in de vierde klas. Het leuke vind ik ook, straks begint dit verhaal weer helemaal opnieuw. Dan gaan we met z'n allen gezellig studeren en ben je weer de jongste. En eerlijk gezegd kan ik niet wachten, tot het ein-de-lijk zo ver is.

Katja Schraag