Geschillen rond De Hollebol zijn inzet van de rechtbank.
Geschillen rond De Hollebol zijn inzet van de rechtbank. Foto: Gerard Timmerman

De Hollebol: het woord is nu aan de rechter

Is rond de Hollebol in Den Burg met succes een 'salamitactiek' toegepast door een cultuurcentrum via een sluiproute langzaam om te bouwen tot 'harde' horeca? Of is simpelweg sprake van, zoals initiatiefnemer Jook Nauta betoogt, een van meet af aan beoogd concept dat gewoon in stapjes tot wasdom is gekomen?

Nadat eerder de Bezwaarschriftencommissie zich over de geschillen rond de Hollebol had had gebogen, mag nu de bestuursrechter in Alkmaar op zoek naar het antwoord in deze kwestie. Dinsdag kreeg hij het verzoek de gemeente te verplichten handhavend op te treden tegen Nauta c.s. omdat de huidige functie van de Hollebol niet overeen zou komen met de afgegeven vrijstelling van het bestemmingsplan en de verleende bouwvergunning.

De claim komt van buurtbewoner Kees Dros en Frits Langeveld, eigenaar van voormalig horecagebouw de Karseboom. Beiden hebben zo hun eigen motieven, maar trekken gezamenlijk op in deze zaak. Eerder vingen zij bot bij burgemeester en wethouders en de gemeentelijke bezwarencommissie. Langeveld werd niet-ontvankelijk verklaard omdat hij geen belanghebbende zou zijn (Langeveld: 'Ik snap niet hoe ze dat kunnen stellen. Er is sinds 2006 permanent overleg over de toekomst van de Karseboom in relatie tot de nieuwe centrumplannen'). De bezwaren van Dros werden afgewezen.

Wat is er aan de hand? Jook Nauta nam medio 2007 het initiatief om in drie panden aan de Parkstraat een combinatie te maken van een café (de al bestaande kroeg De Slock), een boekhandel en een cultuurcentrum annex expositieruimte. Daarvoor kreeg hij permissie. Maar volgens Dros en Langeveld is langs de weg der geleidelijkheid in de gebouwen behalve de boekhandel en De Slock nóg een café gekomen (de Hollebol) en is de expositieruimte "verworden" tot een expositiegalerij.

De Hollebol is bovendien 'harde' horeca, waar het feest vaak tot in de kleine uurtjes doorgaat, meent Dros. 'Het is het klassieke verhaal van steeds een beetje meer, meer, meer. Het is iets heel anders geworden dan destijds voorgeschoteld. Niemand heeft bezwaar gemaakt tegen de oorspronkelijke plannen. Maar als die waren ingediend voor wat het nu is geworden, dan was er beslist een stortvloed aan bezwaren gekomen.'

Maar Nauta en de gemeente verwijzen dat verhaal naar het rijk der fabelen. Volgens de gemeente is het concept op geen enkele manier strijdig met de vrijstelling van het bestemmingsplan, ook al ligt het pand buiten het horecaconcentratiegebied. 'Het past goed in de visie die Texel heeft op de realisering van horecavoorzieningen rond pleinen.' En volgens Nauta ('De exploitatie van zo'n pand ontwikkelt zich deels natuurlijk ook op basis van voortschrijdend inzicht') gebeurt er niets dat vooraf niet de bedoeling was.

De bestuursrechter liet zich door alle partijen uitvoerig informeren en stelde alle kampen kritische vragen. Zo wilde hij weten of een (later gepleegde) serie vergunningplichtige bouwkundige aanpassingen aan de binnenzijde van het gebouw – waaronder het treffen van extra brandveiligheidsmaatregelen – niet (opnieuw) hadden moeten worden onderworpen aan een zogenoemde artikel 19-vrijstellingsprocedure. 'Een wijziging in een artikel 19-object moet immers opnieuw op basis van eenzelfde procedure gebeuren', zei hij. Volgens de ambtenaar die de gemeente vertegenwoordigde was dit echter niet nodig 'omdat de ingrepen pasten binnen het totale project en interne verbouwingen onder de verleende vrijstelling vallen.' Nauta benadrukte daarop 'dat het gebruik van het gebouw is gebleven zoals het was. Het ging niet om verbouwingen, maar om kleine bouwkundige aanpassingen.'

De partijen bleven in alles lijnrecht tegenover elkaar staan: de gemeente en Nauta, die claimen dat alles volgens de regels is gegaan, Dros en Langeveld die de rechter er bij voortduring van probeerden te overtuigen dat met de regels is gerommeld. 'De plannen voor het centrumgebied zitten al jaren in een impasse en ondertussen heeft meneer Nauta een horecagelegenheid geregeld buiten het horeca-concentratiegebied. Dat heeft hij heel handig gedaan', sprak Frits Langeveld tegen de rechter.

De bestuursrechter moet nu bepalen of de gemeente en Nauta het gelijk aan hun zijde hebben of dat Dros en Langeveld in hun recht staan. Hij streeft ernaar over zes weken uitspraak te doen. Maar hij gaf al aan dat het iets langer kan duren.