College bevriest 

bouw nieuwe stallen

In het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied worden veehouderijen bevroren op de huidige bebouwing en agrarische bouwvlakken van veehouderijen teruggebracht naar één hectare.

Het college van b en w heeft besloten tot deze bevriezing naar aanleiding van een uitspraak van de Raad van State (RvS) met betrekking tot Bronckhorst. Die heeft gevolgen voor de verplichte Milieu Effect Rapportage (MER) voor Texel, die bureau TAUW eind december heeft opgeleverd. Uitgangspunt van Texel was tot voor kort dat bij een realistische ontwikkeling van de veehouderij de stikstofgrens (de depositie in Natura 2000-gebieden) niet wordt overschreden. Als de landbouw zich 'normaal' ontwikkelt, is de verwachting dat gedurende de planperiode tien procent van de veehouders stopt, en dat de overgebleven boeren met een procent of vijf uitbreiden. Maar volgens de uitspraak van de RvS moet rekening worden gehouden met het 'worst case scenario'. Uitgangspunt van dit doemscenario is dat alle 275 agrarische bouwblokken op Texel helemaal vol worden gebouwd met veestallen. Berekeningen wijzen uit dat in zo'n situatie ammoniak uit de Texelse veehouderij neerdaalt tot ver in Noord-Holland en Terschelling. Een absurd scenario, maar voor de RvS wel reden het Achterhoekse bestemmingsplan te vernietigen. De gevolgen zijn verstrekkend en reden voor b en w de veestallen in het bestemmingsplan te bevriezen.'

Wethouder Kooiman (Ruimtelijk Ordening) beseft dat dit vergaande consequenties heeft voor de veehouderij. 'Wij zijn hiermee geconfronteerd. De boel gaat niet op slot, maar het wordt wel lastiger. Maar we kunnen het niet riskeren dat ook ons nieuwe bestemmingsplan straks bij de rechter wordt vernietigd. Ik snap de teleurstelling van de veehouderij, maar heb ook met andere belangen te maken: de toeristische sector, de bouw, architecten en noem maar op. Iedereen wil door. Ik heb van de raad opdracht gekregen dat het plan uiterlijk in mei wordt vastgesteld. En als het na juli wordt vastgesteld, kunnen we geen leges meer heffen.' Volgens Kooiman gaat de deur voor de veehouderij niet helemaal dicht. Veehouders die willen uitbreiden kunnen dit doen via een zogeheten buitenplanse wijziging, een procedure die minimaal een half jaar vergt, kostbaar is en waarbij de boer in kwestie moet aantonen dat door zijn uitbreiding de kritische stikstofgrens niet wordt overschreden. Kooiman: 'Ze hebben voor een nieuw stal nu toch met de NB- (Natuurbeschermings) Wet te maken. Dat duurt sowieso een half jaar. Als ze het slim spelen, dan laten ze de procedure voor de buitenplanse wijziging gelijk op lopen.'

Kooiman bracht de boeren vier dagen geleden op de hoogte. Dit leidde er al toe dat meerdere boeren versneld een nieuwbouwplan bij de gemeente hebben ingediend, in de hoop dat ze nog onder het oude regime vallen. Kooiman gaf gisteren weinig hoop voor nieuwe aanvragen, wat samenhangt met de ter visie legging van het ontwerp bestemmingsplan vanaf 14 januari. Gedurende zes weken, tot 24 februari, kunnen zienswijzen worden ingediend. De raad heeft het laatste woord.