Visserij stapt uit Noordzeeoverleg

Diverse belangenorganisaties van de Nederlandse visserij zijn uit het Noordzeeoverleg met de overheid gestapt.

Dat heeft de Nederlandse Vissersbond laten weten. De visserij was volgens de bond al langer kritisch op het Noordzeeakkoord vanwege de aanleg van grootschalige windmolenparken, natuurcompensatie, het verbod op de pulsvisserij en de onzekerheden rond de Brexit.

De actie van Greenpeace, partner in het Noordzeeoverleg, om stenen in zee te gooien bij de Doggersbank was de druppel die bij de visserij de emmer deed overlopen.

“Radicale actievoerders die levens van vissers in gevaar brengen door keien ter grootte van auto’s op legale visgronden te dumpen wordt geen strobreed in de weg gelegd, maar de Nederlandse visserijsector moet aan de ketting”, zegt Visfederatievoorzitter Guus Pastoor in een nieuwsbrief van de Vissersbond. 

“Wij willen dat de Nederlandse overheid nu eindelijk eens voor ons gaat vechten, door meer rekening te houden met de gevaren van de Brexit, het achterhaalde pulskorverbod aan te vechten en onze belangen om te kunnen blijven vissen op de Noordzee waar het nog wel kan zwaarder te laten wegen.”

De vissector zegt te hechten aan een koers die ruimte biedt voor behoud en herstel van het toekomstperspectief voor de sector. “Visserij is niet alleen een van de meest traditionele economische activiteiten in de zeeën rond ons land, het is ook cruciaal voor het hedendaagse verlangen om voedselvoorziening dicht bij huis gestalte te geven.”

De agrarische bedrijfstak in Nederland, inclusief de visserij, is daarvoor volgens de vissector essentieel. “Dat de tijden veranderen is een feit, dat aanpassingen en innovaties nodig zijn ook, maar dat is wat anders dan het simpelweg verkleinen van de visserijgronden of het uitkopen van een deel van de vloot, waarmee elk perspectief voor de vissers en de verwerkende bedrijven achter de horizon verdwijnt.”