Boete laatste kans voor 'hardleerse' wietkweker

De politierechter in Alkmaar heeft woensdag een 33-jarige man uit Den Burg voor het telen en bezitten van hennep veroordeeld tot een boete van €2.000,-, twee maanden voorwaardelijke celstraf en een proeftijd van drie jaar. De officier van justitie had twee maanden onvoorwaardelijke gevangenisstraf geëist.

"Een allerlaatste kans om uit de gevangenis te blijven." Zo betitelde de politierechter zijn uitspraak tegen de 33-jarige Texelaar, die zich volgens de officier van justitie "erg hardleers" had getoond. Zij zag om die reden, zo zei ze, "geen elke andere mogelijkheid" dan een gevangenisstraf tegen de man te eisen. Die was in 2014 al eens betrapt op het telen en houden van hennep, een zaak die toen buiten de rechtbank om werd geschikt met een taakstraf van zestig uur. Maar terwijl de inkt van de strafbeschikking nog nauwelijks was opgedroogd begon de Texelaar opnieuw hennep te telen. In februari van het afgelopen jaar werden bij een huiszoeking een professionele kweekinstallatie en 149 planten bij hem thuis aangetroffen. En als klap op de vuurpijl werden bij een derde inval in september vorig jaar opnieuw wietplanten bij hem thuis gevonden, nu zes stuks.

De Texelaar beriep zich in de rechtszaal op advies van zijn raadsman Sander Arts op zijn zwijgrecht,. De strafpleiter vond dat de politie in februari vorig jaar nooit het huis van de Texelaar had mogen binnengaan, omdat de verdenkingen en aanwijzingen "veel te mager" waren. Maar de politierechter maakte met dat verweer korte metten. "We hebben het over Texel, niet over Amsterdam. Er was daar al een keer hennep gevonden en de politie wist dat." Hij bepaalde dat de 33-jarige Texelaar twintig maanden lang €100,- aan de staat moet betalen. "Op die manier wordt u zelf lange tijd geconfronteerd met de gevolgen van uw misstap." De dreiging van twee maanden celstraf blijft drie jaar staan, als stok achter de deur. "Ik hoop dat u dit keer wél een gewaarschuwd mens bent", aldus de politierechter.