Wending in veerbootruzie Terschelling

Rederij EVT (Eigen Veerdienst Terschelling) mag vooralsnog blijven varen tussen Terschelling en Harlingen.

Dat heeft het Gerechtshof in Den Haag donderdag bepaald. Het rechtsorgaan zet daarmee een streep door een uitspraak van de kortgedingrechter die eind 2013 bepaalde dat de EVT per 1 februari moest stoppen.

De uitspraak betekent dat zowel de EVT als Doeksen op Terschelling blijven varen. Doeksen heeft sinds 2007 een Openbaar Dienstcontract voor het vervoer. Volgens dat contract mag een andere reder gebruik maken van de steigers, maar mag dat gebruik worden gestaakt bij een 'klemmend en zeer gewichtig publiek belang'.

Doeksen had aangeven als gevolg van de concurrentie de afvaarten op Terschelling en Vlieland te minderen, waarna staatssecretaris Wilma Mansveld ingreep en de EVT per 1 februari een verbod oplegde.

Volgens het oordeel van het Gerechtshof is echter niet voldoende gezocht naar andere oplossingen en was de EVT ook niet betrokken bij het zoeken naar alternatieven, terwijl dat wel had gemoeten. Het hof stelde eveneens vraagtekens bij de cijfers die Doeksen op de zitting presenteerde.

Bij de rederij, die sinds 1923 de verbinding naar Terschelling en Vlieland verzorgt, was de teleurstelling groot. Staatssecretaris Mansveld liet via een woordvoerder weten de uitspraak te bestuderen.

Voor de verbinding tussen Texel en Den Helder heeft de uitspraak geen gevolgen, omdat TESO bewust buiten de concessiewetgeving is gebleven. Voor de andere Waddeneilanden is die wel van kracht.